Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Instantie:

Inhoudsindicatie:

Verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege voor de tijd van 1 jaar.

Uitspraak



RECHTBANK UTRECHT

Parketnummer: 16/110267-02

Beslissing verlenging terbeschikkingstelling d.d. 18 april 2011

In de zaak van de officier van justitie onder het hierboven genoemde parketnummer tegen

[terbeschikkinggestelde]

geboren te [geboorteplaats], op [1967],

thans verblijvende in de Pompestichting, locatie Kempehuis te Nijmegen.

advocaat mr. N.A. Heidanus te Groningen

heeft de officier van justitie de verlenging van de terbeschikkingstelling gevorderd. Op deze vordering heeft de rechtbank de volgende beslissing gegeven.

1 De stukken

De rechtbank heeft acht geslagen op de zich in het dossier bevindende stukken waaronder:

- de vordering van de officier van justitie d.d. 22 februari 2011, die strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling van [terbeschikkinggestelde] met twee jaar;

- een afschrift van het vonnis van deze rechtbank d.d. 20 november 2002 waarbij [terbeschikkinggestelde] ter beschikking werd gesteld met bevel tot verpleging van overheidswege, welke terbeschikkingstelling is ingegaan op 2 april 2003;

- de beslissing van deze rechtbank d.d. 9 juni 2010, waarbij de termijn van terbeschikkingstelling voor het laatst is verlengd voor de duur van één jaar;

- het rapport van de Pompestichting d.d. 20 januari 2011, opgemaakt door dr. T. Kuipers, psychiater en directeur patiëntenzorg van de Pompestichting te Nijmegen, waarin het advies van de zijde van de inrichting is vermeld dat strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaar;

-de wettelijke aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van [terbeschikkinggestelde], over de periode 24 januari 2010 tot 28 maart 2011.

2 De procesgang

De terbeschikkinggestelde is bij vonnis van deze rechtbank d.d. 20 november 2002 ter beschikking gesteld met bevel tot verpleging van overheidswege een poging zware mishandeling, een poging zware mishandeling gericht tegen een ambtenaar in functie, mishandeling, meermalen gepleegd en bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht. De terbeschikkingstelling is ingegaan op 2 april 2003. Sedert 17 september 2007 is de terbeschikkinggestelde opgenomen in FPC de Pompestichting.

De termijn van terbeschikkingstelling is voor het laatst verlengd voor de duur van één jaar bij beslissing van deze rechtbank d.d. 9 juni 2010.

Tijdens het onderzoek ter terechtzitting d.d. 4 april 2011 is de officier van justitie gehoord.

Tevens is de terbeschikkinggestelde gehoord, bijgestaan door zijn advocaat.

Voorts is de deskundige drs. B.Th.E. den Tuinder, psycholoog, werkzaam bij de Pompestichting, gehoord.

3 Het standpunt van de inrichting

Het standpunt van de inrichting blijkt uit het onder 1 genoemde rapport. Het standpunt luidt - zakelijk weergegeven - als volgt.

De diagnose

Er is bij de terbeschikkinggestelde sprake van schizofrenie van het paranoïde type. Psychotische ontregeling is een belangrijke delictaanzettende factor: vanuit de paranoïdie denkt de terbeschikkinggestelde dat de ander het op hem heeft gemunt en voelt hij een sterke drang om zichzelf te verdedigen. In zijn disproportionele reactie zien wij ook kenmerken van antisociale persoonlijkheidsproblematiek. Daarbij beperken de zwak verstandelijke capaciteiten hem om maatschappelijke situaties op sociaal adequate wijze in te schatten. Tenslotte is er sprake van een verslavingsgevoeligheid en van een gebrekkige maatschappelijke inbedding die voor betrokkene gemakkelijk leidt tot een sociaal isolement. Vanuit de delictgeschiedenis kan worden gesteld dat de terbeschikkinggestelde ten aanzien van agressieve acting out naar derden is gerecidiveerd.

De behandeldoelen

De terbeschikkinggestelde verblijft op een semi-gesloten behandelafdeling. Op 23 november 2010 is hij overgeplaatst naar de resocialisatieafdeling van de kliniek. Op deze afdeling is er geen sprake van continue begeleiding qua beheersbaarheid en zorgbehoefte. Er wordt daarmee een groter appel gedaan op de zelfredzaamheid van de terbeschikkinggestelde. De behandeling is in deze fase gericht op verdere reductie van het recidivegevaar, rehabiliteit, terugvalpreventie en het experimenteren met meer bewegingsvrijheid.

Het verloop en het effect van de behandeling

Terugkijkend op deze verplegings- en behandelingsperiode (vanaf 19 januari 2010) kan gesteld worden dat de terbeschikkinggestelde in zowel gedragsmatig als in psychiatrisch opzicht stabiel heeft gefunctioneerd dankzij de voorgeschreven medicatie, de dagelijkse structuur en de ondersteuning van de directe begeleiders.

Behandelinhoudelijk zijn er enige vorderingen gemaakt. De terbeschikkinggestelde persisteert in zijn ontkenning dat er bij hem sprake is van een psychiatrische aandoening schizofrenie, paranoïde type, ondanks dat hij tijdens zijn verblijf inmiddels diverse behandelmodules gericht op dit onderwerp heeft gevolgd en afgerond. Hoewel het de terbeschikkinggestelde ontbreekt aan probleembesef en ziekte-inzicht, lukt het hem om met ondersteuning en begeleiding enkele psychotische restverschijnselen te (h)erkennen en te benoemen. Ook lijkt de terbeschikkinggestelde steeds beter in staat om met ondersteuning en begeleiding een inschatting te kunnen maken van zijn eigen psychiatrisch toestandsbeeld aan de hand van een opgesteld signaleringsplan. De terbeschikkinggestelde blijft echter terughoudend met het geven van informatie over zijn psychische gesteldheid en is sterkt geneigd om vragen over dit onderwerp te vermijden. Hierbij speelt het ontbrekende probleembesef een rol als ook de negatieve symptomatologie, beperkte intellectuele capaciteiten, mogelijk culturele factoren en de gebrekkige kennis van de Nederlandse taal.

De terbeschikkinggestelde is de afgelopen periode medicatietrouw gebleken. Hij blijft echter in gesprekken aangeven niet de noodzaak te zien van het medicatiegebruik.

Er is bij de terbeschikkinggestelde nog immer sprake van een zwakke ik-sterkte. Dit maakt dat hij in sociale (conflict) situaties geneigd is een subassertieve maar vooral een vermijdende copingstijl te hanteren. Ook maakt dit hem verhoogd beïnvloedbaar.

Ten aanzien van de verstoorde agressieregulatieproblematiek zijn er geen verschuivingen zichtbaar geworden in de afgelopen behandelperiode. In deze periode hebben zich echter geen geweldadige incidenten voorgedaan.

De terbeschikkinggestelde is ook in de huidige setting in staat tot het zelfstandig kunnen vasthouden van een vaste daginvulling.

In het behandeltraject wordt toegewerkt naar plaatsing in een GGz instelling. In oktober 2010 is een verzoek tot afgifte machtiging onbegeleid verlof naar het ministerie verstuurd. Deze machtiging is recentelijk afgegeven.

Het recidiverisico

Er is sprake van een hoge recidivekans op gewelddadig gedrag indien de TBS-beveiliging wegvalt. Bij voortzetting van de TBS-maatregel binnen het huidige kader wordt de kans op recidief gewelddadig gedrag als laag tot matig ingeschat.

Ten aanzien van het recidive gevaar met betrekking tot het TBS indexdelict wordt opgemerkt dat bij het staken van medicatiegebruik psychotisch functioneren zal optreden. Gebruik van verslavende middelen kan daarbij luxerend zijn. Als de terbeschikkinggestelde psychotisch functioneert, zal er hoogstwaarschijnlijk sprake zijn van paranoïde vertekening van de werkelijkheid. Vanuit een dergelijke vertekening komt de terbeschikkinggestelde gemakkelijk tot vergeldingsdrang naar hem onbekenden. Gebrekkige gewetensvorming, eerder gepleegde agressieve grensoverschrijdingen naar derden, en onderliggende lang bestaande diffuse gevoelens van boosheid zullen dergelijke gedragingen mogelijk doen versnellen, verhevigen.

Het verlengingsadvies

Gezien het klinische beeld in combinatie met een gebrekkig ziektebesef en het ontbreken van ziekte-inzicht en inzicht in de delictdynamiek en de beperkingen van de terbeschikkinggestelde op sociaal, emotioneel en intellectueel gebied lijkt voor nu de plaatsing op een resocialisatieafdeling van de kliniek en op middellange termijn een gefaseerde resocialisering via een Forensisch Psychiatrische Afdeling het meest voor de hand liggend.

De terbeschikkinggestelde zal moeten laten zien dat hij ook in minder gestructureerde omstandigheden, met verminderd toezicht, ondersteuning en begeleiding zoals nu op de resocialisatieafdeling en bij de te nemen vervolgstappen, met meer vrijheden en verantwoordelijkheden en bij blootstelling aan aanzienlijk meer prikkels in gedragsmatig en psychiatrisch opzicht stabiel kan blijven functioneren. Gedurende het gehele traject, dat in elk geval nog geruime tijd in beslag zal nemen, is voortzetting van de TBS maatregel geïndiceerd.

Geadviseerd wordt om de maatregel van de terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege te verlengen voor de duur van twee jaar.

Ter terechtzitting heeft deskundige drs. Den Tuinder een toelichting gegeven waaruit blijkt dat de terbeschikkinggestelde inmiddels is geaccepteerd voor overplaatsing naar de FPA Heiloo. Er zal transmuraal verlof worden aangevraagd en, indien het ministerie akkoord gaat, is het de verwachting dat de terbeschikkinggestelde in het gunstigste geval per juli of augustus 2011 op de FPA Heiloo kan worden geplaatst.

De FPA Heiloo is een grote instelling waar de beveiliging minder strak is dan bij de Pompestichting en waar de terbeschikkinggestelde gefaseerd steeds meer vrijheid kan krijgen, waarbij eventueel kan worden toegewerkt naar begeleid wonen op het terrein van de FPA dan wel in de nabije omgeving van de instelling. Een en ander is afhankelijk van de voortgang. Daaraan voorafgaand zal de terbeschikkinggestelde echter nog zeker een half jaar tot een jaar bij de FPA Heiloo moeten doorbrengen, aldus de deskundige. Men moet de terbeschikkinggestelde eerst leren kennen, en toename van de draaglast dient gefaseerd plaats te vinden.

4 Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft naar aanleiding van het verhandelde ter terechtzitting haar vordering strekkende tot verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaar gehandhaafd.

5 Het standpunt van de verdediging

De verdediging heeft primair betoogd dat de terbeschikkingstelling uit het oogpunt van proportionaliteit dient te worden beëindigd, mede gelet op de ernst van het indexdelict. De terbeschikkingstelling duurt al acht jaren, de terbeschikkinggestelde heeft de afgelopen jaren een duidelijke vooruitgang geboekt en heeft behoefte aan meer vrijheid. De terbeschikkinggestelde heeft nog wel begeleiding en structuur nodig maar dat kan, naar de mening van de raadsman, ook binnen een GGz-instelling worden geboden. In het kader van de Wet Bopz kan een voorlopige machtiging worden verstrekt.

Subsidiair heeft de verdediging verzocht de terbeschikkingstelling te verlengen met één jaar en vanuit de FPA Heiloo te werken naar begeleiding via een GGz-instelling al dan niet met een rechterlijke machtiging op grond van de Wet Bopz. In Heiloo heeft men ervaring met een overgang van een TBS-maatregel naar het regime van de Bopz, aldus de raadsman.

6 De beoordeling

Met betrekking tot het primaire verzoek van de verdediging is de rechtbank van oordeel dat dit verzoek dient te worden afgewezen. Daarbij heeft de rechtbank in het bijzonder gelet op het rapport van de Pompestichting d.d. 20 januari 2011 en het verhandelde ter terechtzitting, waaruit onder meer naar voren komt dat de terbeschikkinggestelde geen ziekte-inzicht heeft, niet de noodzaak van medicatiegebruik inziet, voornemens is cannabis te gaan roken en gebruik van medicijnen te staken als de gelegenheid zich voordoet, gebrekkig maatschappelijk is ingebed en zich boos toont in de richting van zijn ex-vrouw.

De rechtbank is van oordeel dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen, eist dat de terbeschikkingstelling met verpleging van [terbeschikkinggestelde] wordt verlengd. Hoewel de overplaatsing naar FPA Heiloo naar verwachting niet eerder dan in juli of augustus 2011 zal plaatsvinden en de resocialisatie van de terbeschikkinggestelde over een jaar derhalve nog niet ver gevorderd zal zijn, acht de rechtbank het zinvol om over één jaar opnieuw de verlenging van de terbeschikkingstelling te toetsen.

7 De toepasselijke wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht.

8 De beslissing

De rechtbank verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege van [terbeschikkinggestelde] voor de tijd van één jaar.

Deze beslissing is gegeven door mr. M.J. Grapperhaus, voorzitter, mr. I. Bruna en

mr. N. van der Velden, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier A. Heijboer en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 18 april 2011.

Mr. N. van der Velden is niet in de gelegenheid dit vonnis mee te ondertekenen.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature