Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Instantie:

Inhoudsindicatie:

Consumentenrecht. Extra kosten voor klant, die via internet betaalt in plaats via een machtiging tot automatische afschrijving. Ktr: voor deze kostenopslag is geen basis te vinden in algemene voorwaarden. Bovendien zou een dergelijk beding in die voorwaarden onredelijk bezwarend zijn.

Uitspraak



RECHTBANK HAARLEM

Sector kanton

Locatie Zaandam

zaak/rolnr.: 415843 / CV EXPL 09-1336

datum uitspraak: 23 juli 2009

VONNIS VAN DE KANTONRECHTER

inzake

de besloten vennootschap Stadsverwarming Purmerend B.V.

te Purmerend, eisende partij

hierna te noemen: Stadsverwarming Purmerend

gemachtigde: gerechtsdeurwaarder H.J. Jansen

tegen

1. [gedaagde]

2. [gedaagde]

beiden te Purmerend, gedaagden

hierna te noemen: [gedaagde]

gemachtigde: [gedaagde]

De procedure:

Bij dagvaarding van 13 februari 2009 is tegen [gedaagde] een vordering ingesteld als in de dagvaarding nader omschreven. [gedaagde] zijn in de procedure verschenen en hebben verweer gevoerd. Vervolgens is schriftelijk verder geprocedeerd. Daarbij is de vordering van Stadsverwarming Purmerend buiten bezwaar van [gedaagde] vermeerderd (aangepast aan het tijdsverloop).

De inhoud van die stukken kan als hier ingelast en herhaald worden beschouwd.

Vonnis werd bepaald op heden.

Vaststaande feiten:

In deze procedure zijn de volgende feiten als niet, dan wel onvoldoende betwist, komen vast te staan.

1. Tussen Stadsverwarming Purmerend, althans haar rechtsvoorgangster, en [gedaagde] bestaat een overeenkomst tot het leveren van warmte c.a.

2. Klanten van Stadsverwarming Purmerend kunnen de verschuldigde voorschotbedragen óf zelf betalen, na facturatie (met gebruikmaking van een acceptgirokaart, dan wel via internet) óf een machtiging tot automatische afschrijving afgeven, in welk geval niet wordt gefactureerd. [gedaagde] betalen via internet.

3. Tot en met januari 2005 bracht (de rechtsvoorgangster van) Stadsverwarming Purmerend haar klanten geen kosten in rekening voor het betalen met een acceptgirokaart of via internet. Met ingang van 24 februari 2005 bracht zij daarvoor maandelijks echter een bedrag groot € 1,50 in rekening onder de vermelding ‘acceptgiro’. Met ingang van 16 juni 2006 is die vermelding gewijzigd in ‘administratiekosten per toegezonden factuur’. Thans is dit tarief gestegen tot € 2,-- per factuur.

4. [gedaagde] hebben geweigerd deze in rekening gebrachte kosten van betaling te voldoen en hebben daarover herhaaldelijk bij Stadsverwarming Purmerend geklaagd. Van de kant van Stadsverwarming Purmerend is niet serieus op die klachten gereageerd. Volstaan is met het toesturen van de door Stadsverwarming Purmerend gehanteerde Algemene Voorwaarden Kleinverbruikers van 1 juli 2004. Wel werden aanmaningskosten in rekening gebracht.

5. In artikel 15 van de hiervoor bedoelde algemene voorwaarden, dat over de betaling gaat, wordt vermeld dat alle verschuldigde bedragen door middel van een nota in rekening worden gebracht. Geen nota wordt verstuurd voor voorschotbedragen, waarvoor een machtiging tot automatische afschrijving is verstrekt. Van enige verplichting om een dergelijke machtiging af te geven is geen sprake. Evenmin wordt iets vermeld over bijkomende ‘kosten’ indien zonder machtiging wordt betaald.

6. In artikel 14 van de hiervoor bedoelde algemene voorwaarden, dat over de tarieven gaat, is voor zover thans van belang bepaald dat voor het tot stand brengen, in stand houden of wijzigen van een aansluiting en voor de levering door de gebruiker bedragen verschuldigd zijn volgens de tarieven- en vergoedingsregeling van het bedrijf. Het bedrijf bepaalt welk tarief van toepassing is. Blijkens de overgelegde tarievenlijst per 1 januari 2009 wordt voor het factureren via een acceptgirokaart thans € 2,-- in rekening gebracht. Dat was voorheen € 1,50.

De vordering:

Stadsverwarming Purmerend vordert na vermeerdering van eis de ontbinding van de overeenkomst tot levering van warmte c.a. betreffende het verbruikadres aan de [adres], met hoofdelijke veroordeling van [gedaagde] tot betaling van een bedrag van € 508,67 vermeerderd met buitengerechtelijke kosten en rente, met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.

Daarnaast vordert zij veroordeling van [gedaagde] tot betaling van de maandelijkse voorschotbedragen

ad € 101,54 na april 2009 én voor het geval [gedaagde] de gevorderde hoofdsom en rente niet voldoen, veroordeling van [gedaagde] om haar monteur toe te laten, teneinde hun van verdere warmteleveranties af te sluiten.

Op grond van de toepasselijke bepalingen zijn er (thans) kosten verbonden aan het versturen van acceptgirokaarten, voor zover er geen automatische incassomogelijkheid is. [gedaagde] betalen niet via automatische incasso, zodat zij die bijkomende kosten verschuldigd zijn.

Het verweer:

[gedaagde] betwisten dat zij de kosten voor acceptgirokaarten dienen te betalen. Al sedert 24 februari 2005 hebben zij Stadsverwarming Purmerend ervan op de hoogte gesteld deze niet te zullen betalen, maar die heeft slechts algemene voorwaarden toegezonden waarin geen spoor van acceptgirokosten valt te ontdekken. [gedaagde] hebben bewust niet gereageerd op betalingsherinneringen. In reactie op de conclusie van repliek/tevens vermeerdering van eis hebben [gedaagde] aangevoerd dat de algemene voorwaarden waarover zij beschikken gedateerd zijn en dat Stadsverwarming daar geen rechten aan kan ontlenen. De verbruikskosten hebben zij inmiddels via girotel aan Stadsverwarming betaald en zij claimen inmiddels een bedrag van € 250,13 wegens gederfde kosten.

De beoordeling van het geschil:

Het geschil spitst zich toe of [gedaagde] verplicht waren en zijn de door Stadsverwarming in rekening gebrachte kosten van betaling te voldoen.

De kantonrechter overweegt daartoe als volgt.

Volgens het bepaalde in artikel 6:114 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek zijn [gedaagde] bevoegd om het aan Stadsverwarming Purmerend verschuldigde via internet over te maken. Die bevoegdheid is contractueel niet uitgesloten of beperkt. Gesteld noch gebleken is dat daaraan kosten, zoals bedoeld in artikel 6.47 van het Burgerlijk Wetboek , zijn verbonden. Zo bezien bestaat er geen enkele grond om van [gedaagde] bijkomende kosten van betaling te vorderen. Dat Stadsverwarming Purmerend voor het administreren van inkomende betalingen kosten moet maken ligt voor de hand. Dergelijke kosten behoren echter tot de algemene bedrijfskosten die zij via haar tarieven terug moet zien te verdienen.

Dat is alleen anders indien partijen daarover rechtsgeldig iets anders zouden hebben afgesproken. Daarvan is echter niets gebleken.

De door Stadsverwarming Purmerend gehanteerde algemene voorwaarden zwijgen daarover. Dat artikel 14 zou voorzien in de mogelijkheid dergelijke kosten in rekening te brengen kan de kantonrechter daarin niet lezen. Op zijn minst is deze bepaling op dat punt onvoldoende duidelijk en begrijpelijk geformuleerd, zodat zij op dit punt niet tegen [gedaagde] mag worden gebruikt (artikel 6.238 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek).

Maar ook al zouden deze voorwaarden wel een grondslag bieden voor het in rekening brengen van dergelijke kosten, dan nog zou de kantonrechter deze als onredelijk bezwarend buiten toepassing laten. Het is immers onredelijk bezwarend te achten om consumenten op straffe van een kostenopslag feitelijk te dwingen tot het afgeven van een machtiging tot automatische afschrijving.

Samenvattend moet worden geoordeeld dat Stadsverwarming Purmerend geen recht heeft op de door haar in rekening gebrachte kosten van betaling. In het verlengde daarvan heeft zij evenmin recht op ( mogelijk ) in rekening gebrachte kosten van aanmaning, voor zover die voortvloeien uit de weigering van [gedaagde] om bedoelde kosten van betaling te voldoen.

Stadsverwarming Purmerend zal in de gelegenheid worden gesteld om haar vordering te herberekenen en te actualiseren (dus alleen het actuele saldo werkelijke voorschot- en/of eindafrekeningen), met gelijktijdige herberekening van vertragingsrente.

Op voorhand kan verder al worden aangekondigd dat de gevorderde ontbinding van de leveringsovereenkomst, gelet op het principiële karakter van deze procedure, niet voor de hand ligt, voor zover niet alsnog blijkt dat [gedaagde] zijn gestopt met het betalen van hetgeen zij wel verschuldigd zijn. Buitengerechtelijke incassokosten zullen evenmin worden toegewezen, al was het maar omdat Stadsverwarming Purmerend onbetwist niet serieus heeft gereageerd op de terechte klachten van [gedaagde]. Stadsverwarming Purmerend kan haar vordering wat dat betreft verminderen.

Waar [gedaagde] bij conclusie van dupliek betaling vorderen van ten behoeve van deze zaak gemaakte kosten, wordt reeds thans opgemerkt dat een tegenvordering uiterlijk bij de conclusie van antwoord (eerste verweer) had moeten worden ingesteld. Overigens worden proceskosten zelfstandig door de kantonrechter begroot en toegewezen.

De beslissing:

Stadsverwarming Purmerend wordt in de gelegenheid gesteld haar vordering met inachtneming van het voorgaande bij akte te herberekenen en desgewenst te verminderen.

Dat moet gebeuren ter terechtzitting van 20 augustus 2009 om 10.00 uur (civiele rolzitting).

[gedaagde] hoeven daarvoor niet te komen. Zij krijgen nader bericht wanneer zij schriftelijk op de akte van Stadsverwarming Purmerend mogen reageren.

Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

Dit vonnis is gewezen door mr. F.M. Visser, kantonrechter, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature