Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Instantie:
Vindplaats:

Inhoudsindicatie:

Bij brief van 30 december 2003 heeft het Bureau voor de Industriële Eigendom, dat de naam Octrooicentrum Nederland voert (hierna: het OCN) de rechtsvoorganger van appellante meegedeeld dat uit het nieuwheidsonderzoek inzake de octrooiaanvrage van appellante is gebleken dat de octrooiaanvrage betrekking heeft op meer dan één uitvinding.

Uitspraak



200601844/1.

Datum uitspraak: 8 november 2006

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

"Pi-Wi Beheer BV", gevestigd te Stramproy, gemeente Weert,

appellante,

tegen de uitspraak in zaak no. AWB 05/1122 van de rechtbank 's-Gravenhage van 25 januari 2006 in het geding tussen:

appellante

en

het Bureau voor de Industriële Eigendom, dat de naam

Octrooicentrum Nederland voert.

1.    Procesverloop

Bij brief van 30 december 2003 heeft het Bureau voor de Industriële Eigendom, dat de naam Octrooicentrum Nederland voert (hierna: het OCN) de rechtsvoorganger van appellante meegedeeld dat uit het nieuwheidsonderzoek inzake de octrooiaanvrage van appellante is gebleken dat de octrooiaanvrage betrekking heeft op meer dan één uitvinding.

Bij besluit van 11 januari 2005 heeft het OCN het daartegen door appellante gemaakte bezwaar niet-ontvankelijk verklaard.

Bij uitspraak van 25 januari 2006, verzonden op dezelfde dag, heeft de rechtbank 's-Gravenhage (hierna: de rechtbank) het daartegen door appellante ingestelde beroep ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak heeft appellante bij brief van 6 maart 2006, bij de Raad van State ingekomen op dezelfde dag, hoger beroep ingesteld. De gronden zijn aangevuld bij brief van 6 april 2006. Deze brieven zijn aangehecht.

Bij brief van 2 mei 2006 heeft het OCN van antwoord gediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 30 augustus 2006, waar appellante, vertegenwoordigd door mr. A.H. de Bosch Kemper-de Hilster, advocaat te Den Haag, en het OCN, vertegenwoordigd door mr. C. Witteman en mr. J.L. Driessen, beiden werkzaam bij het OCN, zijn verschenen.

2.    Overwegingen

2.1.    Ingevolge artikel 27 van de Rijksoctrooiwet 1995 (hierna: Row 1995), voor zover hier van belang, mag elke aanvrage om octrooi slechts op een enkele uitvinding betrekking hebben of op een groep van uitvindingen, die zodanig onderling verbonden zijn, dat zij op een enkele algemene uitvindingsgedachte berusten.

Ingevolge artikel 32, eerste lid, van de Row 1995, voor zover hier van belang, kan de aanvrager het bureau verzoeken om een aan de verlening van het octrooi voorafgaand onderzoek naar de stand van de techniek met betrekking tot het onderwerp van de octrooiaanvrage.

Ingevolge artikel 34, eerste lid, van de Row 1995 wordt een onderzoek naar de stand van de techniek als bedoeld in artikel 32, eerste lid, verricht door het bureau, waar nodig met inschakeling van het Europees Octrooibureau, bedoeld in het Europees Octrooiverdrag.

Ingevolge het tweede lid doet het bureau, als de aanvrager daarom verzoekt, de aanvrage onderwerpen aan een nieuwheidsonderzoek van internationaal type als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van het Samenwerkingsverdrag. Zulk een nieuwheidsonderzoek wordt aangemerkt als een onderzoek naar de stand van de techniek als bedoeld in artikel 32, eerste lid.

Ingevolge het derde lid wordt, indien bij het onderzoek blijkt dat de ingediende aanvrage niet voldoet aan het bij of krachtens artikel 27 bepaalde, het onderzoek uitgevoerd ten aanzien van die onderdelen van de aanvrage die betrekking hebben op de uitvinding of de groep van uitvindingen als bedoeld in artikel 27, die als eerste in de conclusies wordt genoemd.

Ingevolge het vierde lid deelt het bureau de aanvrager schriftelijk het resultaat van het onderzoek naar de stand van de techniek mede.

Ingevolge het vijfde lid maakt het bureau, indien toepassing is gegeven aan het derde lid, daarvan in de mededeling, bedoeld in het vierde lid, melding onder vermelding van de uitvinding of groep van uitvindingen ten aanzien waarvan het onderzoek is uitgevoerd.

Ingevolge artikel 35, eerste lid, van de Row 1995, geeft het bureau, indien het van oordeel is dat het onderzoek naar de stand van de techniek wegens onduidelijkheid van de aanvrage niet uitvoerbaar is, daarvan zo spoedig mogelijk schriftelijk en met redenen omkleed kennis aan de aanvrager.

Ingevolge het tweede lid, besluit het bureau de aanvrage niet te behandelen indien de gebreken niet binnen twee maanden na verzending van de in het eerste lid bedoelde kennisgeving zijn hersteld of indien de aanvrager voordien heeft meegedeeld niet tot herstel te willen overgaan. Het bureau maakt zijn beschikking zo spoedig mogelijk aan de aanvrager bekend.

Ingevolge artikel 5A van de - inmiddels vervallen - Rijksoctrooiwet (hierna: Row 1910), voor zover hier van belang, mag elke aanvrage om octrooi slechts op een enkele uitvinding betrekking hebben of op een groep van uitvindingen, die zodanig onderling verbonden zijn, dat zij op een enkele algemene uitvindingsgedachte berusten.

Ingevolge artikel 23, zesde lid, van de Row 1910, voor zover hier van belang, wordt, indien de aanvrage in strijd is met het bij of krachtens artikel 5A bepaalde, dit vastgesteld in een beslissing van de afdeling.

Ingevolge artikel 24A, tweede lid, van de Row 1910, kan de aanvrager, indien een beslissing als bedoeld in artikel 23, zesde lid, wordt genomen, voordat de eindbeslissing wordt genomen, van de eerstbedoelde beslissing slechts afzonderlijk en wel binnen drie maanden in beroep komen.

Ingevolge artikel 1:3, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) wordt onder besluit verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling.

Ingevolge het tweede lid wordt onder beschikking verstaan: een besluit dat niet van algemene strekking is, met inbegrip van de afwijzing van een aanvraag daarvan.

2.2.    In de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank geoordeeld dat de brief van 30 december 2003 geen besluit is in de zin van artikel 1:3 van de Awb en dat daarom het OCN terecht en op goede gronden het bezwaar van appellante tegen die brief niet-ontvankelijk heeft verklaard. Appellante kan zich hiermee niet verenigen.

2.3.    Uit de parlementaire geschiedenis van de Row 1995 blijkt dat de wetgever het octrooistelsel ingrijpend heeft willen wijzigen. De wetgever heeft ervoor gekozen af te wijken van de oude procedure van artikel 24A, tweede lid, van de Row 1910, waarin een tussentijds gegeven niet-eenheidsbeslissing binnen drie maanden kon worden aangevochten. In het in de Row 1995 neergelegde stelsel vindt inhoudelijke toetsing achteraf plaats in een civiele procedure ter zake van octrooi-inbreuk. De mededeling bedoeld in artikel 34, vierde lid, van de Row 1995 is een mededeling die betrekking heeft op feitelijk handelen. Met die mededeling zijn geen rechtsgevolgen beoogd.

Naar het oordeel van de Afdeling kan de brief van 30 december 2003, waarin appellante ter zake van haar octrooiaanvrage mededeling is gedaan als bedoeld in artikel 34, vierde lid, van de Row 1995, dan ook niet worden aangemerkt als een rechtshandeling en is om die reden geen sprake van een besluit als bedoeld in artikel 1:3 van de Awb .

2.4.    De rechtbank heeft dan ook terecht, zij het op andere gronden, geoordeeld dat het OCN het bezwaar terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. De aangevallen uitspraak dient derhalve te worden bevestigd, met verbetering van de gronden waarop zij rust.

2.5.    Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

3.    Beslissing

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State

Recht doende in naam der Koningin:

bevestigt de aangevallen uitspraak.

Aldus vastgesteld door mr. H.G. Lubberdink, Voorzitter, en mr. W.D.M. van Diepenbeek en mr. D. Roemers, Leden, in tegenwoordigheid van mr. M.M. van der Smissen, ambtenaar van Staat.

w.g. Lubberdink      w.g. Van der Smissen

Voorzitter     ambtenaar van Staat

Uitgesproken in het openbaar op 8 november 2006

176-514.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature