E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:RBZWB:2015:7512
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, AWB - 15 _ 814 en AWB - 15 _ 1497

Inhoudsindicatie:

Dwangsom; opschorting bezwaartermijn; premature ingebrekestelling; waardebepaling Wet WOZ. Voor opschorting van bezwaartermijn is niet voldoende dat belanghebbende heeft verzocht om een termijn voor het indienen van de gronden van het bezwaar en dat hij die termijn heeft gekregen. Vereist is dat sprake is van een verzuim in de zin van artikel 6:6 Awb. In dit geval sprake van een verzuim en dus opschorting. Belanghebbende heeft de heffingsambtenaar in gebreke gesteld vóór einde (opgeschorte) beslistermijn. De rechtbank is van oordeel dat geen sprake kan zijn van een ingebrekestelling indien de beslistermijn nog niet is verstreken. WOZ-waarde. Met betrekking tot WOZ-waarde: er zijn twee verkoopcijfers van de woning zelf (verkoop 1 jaar en 2 maanden vóór de waardepeildatum en verkoop 2 jaar en 4 maanden ná de waardepeildatum). Het tweede verkoopcijfer is de verkoop door de erven van de woning. De rechtbank is van oordeel dat óók het tweede verkoopcijfer een licht kan werpen op de waarde van de woning. De heffingsambtenaar heeft onvoldoende aannemelijk gemaakt dat het tweede verkoopcijfer is beïnvloed door ‘emoties’. Beroep gegrond, waarde wordt in goede justitie vastgesteld.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie