Vrouw betaalt begrafeniskosten overleden partner met wie zij een samenlevingscontract had. Zij vordert deze terug van de erfgenamen (ouders, broer en zus van overledene) als schuld van de nalatenschap. Die beroepen zich op beneficiaire aanvaarding en stellen dat de nalatenschap geen activa heeft bevat. Aan de erfgenamen als begunstigden zijn echter levensverzekeringsuitkeringen gedaan.
Oordeel rechtbank: de begunstigingen zijn te kwalificeren als een gift en hebben op grond van art. 4:126 lid 2 BW voorrang ten opzichte van een quasi-legaat. Strekking van de regeling omtrent quasilegaten is om te voorkomen dat de rangorde der erfrechtelijke schuldeisers wordt doorkruist.