E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:RBSGR:2011:BQ1559
LJN BQ1559, Rechtbank 's-Gravenhage, AWB 10/4572 WOZ

Inhoudsindicatie:

De rechtbank ziet zich voor de vragen gesteld of er tegelijkertijd meerdere bevoegde heffingsambtenaren kunnen zijn en of de bevoegde heffingsambtenaar rechtsgeldig ter zitting is vertegenwoordigd. Uit de Uitvoeringsregeling Belastingdienst (Regeling van 14 juni 1994, Stcrt. 114) blijkt dat er weliswaar tegelijkertijd voor een aantal belastingmiddelen meerdere bevoegde inspecteurs kunnen zijn, maar deze zijn elk slechts bevoegd voor de belastingplichtigen die onder hen ressorteren en voor de belastingmiddelen waarvoor zij bevoegd zijn verklaard (§ 2 en § 3 van de Regeling). Het gevolg van de Regeling is dat slechts één inspecteur (gelijktijdig) bevoegd voor een bepaald belastingmiddel is ten aanzien van een bepaalde belastinplichtige ( § 4 van de Regeling).

Nu een bevoegdheidsverdeling tussen de drie aangewezen heffingambtenaren ontbreekt, heeft de rechtbank te onderzoeken welk bestuursorgaan of welke functionaris de aanslag heeft vastgesteld. Uit de gedingstukken en het verhandelde ter zitting blijkt dat het Hoofd Financiën de aanslag heeft vastgesteld en dat hij tevens als heffingsambtenaar is aangewezen. Aan de bevoegdheid van het Hoofd Financiën als heffingsambtenaar kleeft dan ook geen gebrek.

Gelet op het besluit van B&W en het bepaalde in artikel 30, vierde lid, Wet WOZ , kan uitsluitend het Hoofd Financi ën als procespartij in dit geding optreden. Daar de namens verweerder ter zitting verschenen gemachtigde door het Hoofd Financiën is gemachtigd namens hem op te treden, is de heffingsambtenaar ter zitting rechtsgeldig vertegenwoordigd.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie