E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:RBROT:2016:7436
Rechtbank Rotterdam, C/10/497892 / HA ZA 16-295

Inhoudsindicatie:

De curator (inzake X) vordert op grond van artikel 6:162 BW schadevergoeding van Y die kort v óór faillissement activa kocht van X en deel van de koopprijs verrekende met (opeisbare) vordering op X.

De rechtbank begrijpt het standpunt van de curator aldus dat de schuldeisers van X zijn benadeeld omdat Y een deel van de koopprijs heeft verrekend en aldus, met doorbreking van de rangorde, is voorgedrongen vóór andere crediteuren. De schade bedraagt volgens curator “evident” het verrekende bedrag.

De omstandigheid dat de curator de koopovereenkomst niet heeft vernietigd ex artikel 42 Fw staat niet aan toewijzing van een op artikel 6:162 BW gebaseerde vordering tot vergoeding van schade in de weg (HR 14 januari 1983, NJ 1983, 597; Peeters q.q./Gatzen). De curator moet stellen en bewijzen dat handelwijze onrechtmatig (paulianeus) is en dit tot schade heeft geleid. Hij deed dat onvoldoende.

Nu Y voor activa een normale prijs heeft betaald (volgens curator zou vernietiging dan ook niet in het belang van de boedel zijn), kan benadeling c.q. schade alleen betrekking hebben op verrekening. Curator stelt niet dat de activa bij verkoop door curator (evident) meer zouden opbrengen dan het door Y feitelijk - niet door verrekening - betaalde bedrag. Van welbewuste benadeling van schuldeisers ex artikel 47 Fw is geen sprake.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie