Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Instantie:

Inhoudsindicatie:

opheffing van de vereffening met een afwijkende verdeling.

Uitspraak



RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummers: 4799261 VC VERZ 16-67 / 4799721 VC VERZ 16-69 /

4799723 VC VERZ 16-70 / 4799765 VC VERZ 16-71

uitspraak:

beschikking van de kantonrechter, zitting houdende te Dordrecht,

inzake het verzoek van:

de stichting

Stichting Jeugdbescherming west Zuid-Holland,

gevestigd te Den Haag,

verzoekster,

uitoefenende de voorlopige voogdij over de minderjarige:

[minderjarige], geboren te Zwijndrecht op 24 februari 2010 (hierna: [voornaam minderjarige]),

gemachtigde: mr. A.E.C. Dierckxsens, notaris te Den Haag,

met betrekking tot de nalatenschap van:

Jeevan Jyoti Bathal,

geboren op 20 februari 1981 te Ludhiana (India),

overleden op 27 januari 2015 te Zwijndrecht

(hierna: de vrouw).

Verloop van de procedure

De kantonrechter beslist naar aanleiding van de volgende stukken:

het verzoekschrift met bijlagen, zoals ingekomen ter griffie op 4 februari 2016;

de aanvullende stukken zoals ingekomen ter griffie op 19 april 2016.

Het verzoek

1. Verzoekster verzoekt (samengevat):

machtiging ex artikel 1:345 BW tot het overeenkomen van een verdeling van de

ontbonden gemeenschap van goederen overeenkomstig het bij de stukken gevoegde verdelingsvoorstel en het concept van de verdelingsakte;

opheffing van de vereffening ex artikel 4:209 lid 1 BW ;

als alternatief benoeming van een vereffenaar ex artikel 4:213 BW ;

ontheffing van de publicatieplicht ex artikel 4:209 lid 4 jo 4:206 lid 6 BW ;

vaststelling van de vereffeningskosten ex artikel 4:209 lid 2 BW .

De beoordeling

2. De vrouw is om het leven gebracht door [naam echtgenoot], zijnde haar echtgenote en de vader van [voornaam minderjarige] (hierna: de man). De nalatenschap van de vrouw is door de man verworpen en door [voornaam minderjarige] beneficiair aanvaard. Tussen de man en de vrouw bestond een gemeenschap van goederen, die is ontbonden door het overlijden van de vrouw. [voornaam minderjarige] is deelgenoot in de ontbonden gemeenschap.

3. Verzoekster is voornemens met de man overeen te komen de ontbonden gemeenschap van goederen anders dan bij helfte te verdelen en daarvoor wordt machtiging van de kantonrechter verzocht als bedoeld in artikel 1:345 BW . Gelet op de stukken en de door mr. Dierckxsens gegeven toelichting, verleent de kantonrechter machtiging tot het (namens de minderjarige [voornaam minderjarige]) overeenkomen van een verdeling overeenkomstig het aangehechte verdelingsvoorstel. Daarbij wordt opgemerkt dat ook de bekende gemeenschapsschulden van de man worden voldaan, zodat de bekende schuldeisers niet of zo min mogelijk benadeeld worden. Voorts wordt opgemerkt dat de man er voor moet in staan dat de nalatenschap noch de gemeenschap iets te vorderen heeft van de (Rabo)bank of de Belastingdienst of andere (rechts- of natuurlijke) personen en dat hem geen andere baten bekend zijn. Indien die verklaring niet juist blijkt of indien bekende activa worden verzwegen, zal hij zijn aandeel in die baten verbeuren ten behoeve van de nalatenschap en/of gemeenschap.

4. Door overlegging van een boedelbeschrijving met een overzicht van de activa en passiva is in voldoende mate aannemelijk gemaakt dat de nalatenschap een geringe waarde aan baten heeft, welke baten bovendien (ruimschoots) worden overtroffen door de schulden. Gelet hierop belasten de kosten van een wettelijke vereffening de negatieve boedel onevenredig zwaar. Dit vormt voor de kantonrechter aanleiding de vereffenaar c.q. de belanghebbende – na voldoening van de bekende gemeenschapsschulden waarvoor de vrouw aansprakelijk was – vrij te stellen van de verplichtingen die uit de wettelijke vereffening voortvloeien. De vereffening wordt daarom opgeheven.

5. Nu er vrijwel geen baten zijn, wordt geoordeeld dat het in niemands belang is om nog kosten voor de wettelijk voorgeschreven publicatie te maken, te meer nu eventuele belanghebbenden ook via internet kunnen worden geïnformeerd over de financiële situatie van de nalatenschap. Bovendien zijn de schuldeisers van de nalatenschap voldoende bekend. Verzoekster wordt daarom ontheven van de wettelijke publicatieplicht en deze beschikking zal bekend worden gemaakt door plaatsing op www.rechtspraak.nl/uitspraken.

6. De reeds gemaakte vereffeningskosten worden vastgesteld op het door verzoekster opgegeven bedrag van € 2.345,66. Deze kosten worden ten laste van de boedel gebracht.

De beslissing

De kantonrechter:

verleent machtiging tot het namens de minderjarige [voornaam minderjarige] overeenkomen van een verdeling overeenkomstig het aangehechte verdelingsvoorstel;

beveelt de opheffing van de vereffening van de nalatenschap van de vrouw;

stelt de reeds gemaakte vereffeningkosten vast op € 2.345,66 en brengt deze kosten ten laste van de boedel;

bepaalt dat publicatie van deze beslissing achterwege kan blijven;

verstaat dat deze beschikking bekend gemaakt zal worden door plaatsing op www.rechtspraak.nl/uitspraken;

draagt de griffier op de opheffing van de vereffening in het boedelregister te doen inschrijven.

Deze beschikking is gegeven door mr. G.A.F.M. Wouters, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting.

773


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde wetgeving

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature