U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:

Inhoudsindicatie:

Het Bevrijdingsfestival Overijssel dat 5 mei in Zwolle wordt gehouden kan doorgaan. De door de gemeente toegestane geluidsniveaus hoeven ook niet te worden verlaagd. Dat heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Overijssel beslist. Omwonenden vroegen om een schorsing van de verleende geluidsontheffing of een verlaging van de maximale geluidsniveaus omdat zij bang zijn voor onduldbare geluidsoverlast.

Uitspraak



RECHTBANK OVERIJSSEL

Zittingsplaats Zwolle

Bestuursrecht

zaaknummer: AWB 15/887

uitspraak van de voorzieningenrechter op het verzoek om voorlopige voorziening in de zaak tussen

[verzoekers] e.a., te Zwolle, verzoekers,

en

het college van burgemeester en wethouders van Zwolle, verweerder.

Als derde-partij heeft aan het geding deelgenomen: Productiebureau Bevrijdingsfestival Overijssel B.V., te Zwolle.

Procesverloop

Bij besluit van 21 april 2015 (het bestreden besluit) heeft verweerder op grond van het bepaalde in artikel 4.1.6 van de Algemene Plaatselijke Verordening van Zwolle (hierna: APV) aan Productiebureau Bevrijdingsfestival Overijssel B.V. te Zwolle ontheffing verleend voor het gebruik van geluidsversterkende apparatuur tijdens het Bevrijdingsfestival Overijssel 2015 op 4 en 5 mei 2015 in Park de Wezenlanden te Zwolle. Aan deze ontheffing zijn voorschriften verbonden.

Verzoekers hebben tegen dat besluit bezwaar gemaakt.

Zij hebben de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 1 mei 2015. Voor verzoekers is aldaar verschenen [verzoekers], voornoemd. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door H.C.S. van Dop, C.H. Blanken, A. Tuga, B.A. van der Gronde, I. Tugan en

W. IJzerman, medewerkers van de gemeente Zwolle. Namens derde-partij is verschenen [naam].

Overwegingen

1. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en bindt de rechtbank in een (eventueel) bodemgeding niet.

2.1

De voorzieningenrechter dient eerst ambtshalve te beoordelen of verzoekers als belanghebbende bij het bestreden besluit kunnen worden aangemerkt. Verzoekers zijn woonachtig op verschillende plaatsen in het centrum van Zwolle. De verzoekers die wonen aan de Ten Oeverstraat, welke direct langs Park de Wezenlanden loopt, worden in ieder geval door de geluidsontheffing rechtstreeks in hun belangen getroffen. Nu de verzoekers die aan de Ten Oeverstraat wonen om die reden in ieder geval als belanghebbende bij het bestreden besluit zijn aan te merken, zal de voorzieningenrechter in het kader van de behandeling van dit verzoek om voorlopige voorziening in het midden laten of ook alle overige verzoekers belanghebbende zijn bij de verleende ontheffing. In het kader van de bezwaarprocedure zal dat door verweerder - en bij een eventuele beroepsprocedure door de rechtbank - nader moeten worden beoordeeld. Nu verzoekers voorts tijdig bezwaar hebben gemaakt tegen het bestreden besluit, is het verzoek om voorlopige voorziening ontvankelijk.

2.2

Productiebureau Bevrijdingsfestival Overijssel B.V organiseert op dinsdag 5 mei 2015 op een festivalterrein in Park de Wezenlanden te Zwolle het Bevrijdingsfestival Overijssel 2015. Op maandag 4 mei zullen ’s middags van 14.00 tot 17.00 uur soundchecks worden uitgevoerd, terwijl er ’s avonds na de nationale Dodenherdenking een herdenkingsconcert en een uitgebreid theaterprogramma worden gehouden op het festivalterrein. Tijdens het festival op 5 mei zullen van 12.00 uur tot 24.00 uur live-optredens van diverse artiesten en bands plaatsvinden op verschillende podia op het festivalterrein.

2.3

Ten behoeve van het Bevrijdingsfestival is een evenementenvergunning verleend. Bij het bestreden besluit is een geluidsontheffing op grond van artikel 4.1.6 van de APV verleend. Aan de ontheffing zijn voorschriften verbonden.

2.4

De aanvragen voor de evenementenvergunning en de geluidsontheffing zijn op

9 februari 2015 door PBO ingediend en op 18 februari 2015 gepubliceerd. Naar aanleiding van de publicatie hebben verzoekers een gezamenlijke zienswijze ingediend, welke met name gaat over de (geluids)overlast en de openbare orde. Deze zienswijze hebben de burgemeester respectievelijk verweerder echter geen aanleiding gegeven de evenementen-vergunning en de geluidsontheffing niet te verlenen.

2.5

Verzoekers kunnen zich niet met de evenementenvergunning en de geluidsontheffing verenigen en hebben tegen beide vergunningen bezwaar gemaakt. Zij hebben alleen ter zake van de geluidsontheffing een voorlopige voorziening gevraagd.

2.6

Verzoekers vrezen - kort gezegd - voor onaanvaardbare geluidsoverlast ten gevolge van het Bevrijdingsfestival. Zij stellen dat er sprake is van onduldbare (geluids)hinder in hun woningen, op hun balkons en in hun tuinen. Wanneer het muziekoptredens betreft met lage bastonen is volgens hen ook sprake van dermate ernstige geluidstrillingen dat dit gevolgen heeft voor hun fysieke gesteldheid (o.a. stress en hartritmestoornissen) en in hun woningen, zoals in de sponningen trillende deuren en ramen en bewegende inboedel-goederen. Verzoekers merken op dat zij bij eerdere muziekevenementen op deze locatie ook geluidsoverlast hebben ervaren. Zij wijzen er op dat er in de loop van het jaar nog meer (muziek)evenementen zijn gepland in Park de Wezenlanden en in de binnenstad van Zwolle, zoals Megabase Outdoor op 30 mei 2015, Dance Tour op 5 juli 2015 en het Stratenfestival op 21 augustus 2015. Ook tegen die evenementen zullen zij zo nodig rechtsmiddelen aanwenden.

2.7

Als voorlopige voorziening vorderen verzoekers primair om de ontheffing te schorsen en subsidiair om de maximaal toegestane geluidsbelasting te wijzigen in 70 dB(A)/80 dB(C), geziene de beperkte gevelisolatie van de van belang zijnde woningen en de geluidsbelasting op hun balkons en tuinen, althans een naar de mening van de voorzieningenrechter passende voorziening te treffen.

3.1

De voorzieningenrechter stelt voorop dat thans enkel de verleende geluidsontheffing voor het Bevrijdingsfestival Overijssel 2015 op grond van artikel 4.1.6 van de APV aan de orde is. Hetgeen verzoekers in hun verzoekschrift en ter zitting naar voren hebben gebracht met betrekking tot geluidshinder als gevolg van andere (muziek)evenementen dient daarom buiten beschouwing te worden gelaten.

3.2

Verder merkt de voorzieningenrechter op dat de handhaving van de geluidsontheffing in deze zaak niet ter beoordeling voorligt. Voor zover verzoekers het opleggen van een preventieve last onder dwangsom vorderen, kan daarvoor in het kader van het onderhavige verzoek dan ook geen aanleiding bestaan.

3.3

De voorzieningenrechter stelt vast dat verzoekers alleen gronden hebben aangevoerd tegen voorschrift 1 dat aan de ontheffing is verbonden. In dit voorschrift is bepaald dat het equivalente geluidsniveau uitgedrukt in dB(A), op de gevel van de woningen of andere geluidsgevoelige bestemmingen, veroorzaakt door de in de aanvraag genoemde activiteiten en/of muziek, niet meer mag bedragen van 85 dB(A)/95 dB(C).

3.4

Ter zitting is uitgebreid gesproken over de geluidsnormering en de vraag of verweerder in het onderhavige geval in redelijkheid tot de verleende geluidsontheffing heeft kunnen besluiten. De voorzieningenrechter is echter van oordeel dat een rechtmatigheidsoordeel in dit geschil, gelet op de complexiteit, zich niet leent voor beoordeling door de voorzieningenrechter. Hetgeen verzoekers met betrekking tot de geluidsnormering hebben aangevoerd zal in eerste instantie door verweerder bij de heroverweging in de lopende bezwaarprocedure en bij een eventueel daarop volgende beroepsprocedure door de rechtbank dienen te worden beoordeeld. In dat verband merkt de voorzieningenrechter op dat recentelijk een evaluatie van het gemeentelijk evenementenbeleid heeft plaatsgevonden. De resultaten daarvan zijn vastgelegd in een nota van 11 maart 2015. Ter zitting is van de zijde van verweerder meegedeeld dat deze nota in juni 2015 in de gemeenteraad zal worden behandeld. De uitkomsten daarvan kunnen zo mogelijk worden meegenomen bij de heroverweging in bezwaar.

4.1

Gelet op het vorenstaande zal de voorzieningenrechter zich beperken tot een afweging van de wederzijdse (spoedeisende) belangen.

4.2

De voorzieningenrechter stelt vast dat het onderhavige verzoek eerst op 27 april 2015, derhalve kort voor het evenement, is ingediend. Het mag zo zijn dat dit een gevolg is van de late verlening van de ontheffing op 21 april 2015, doch dat neemt niet weg dat de tijd die nog resteert tot het evenement daardoor zeer kort is. De voorbereidingen voor het evenement zijn hierdoor al in een vergevorderd stadium. Er is op grote schaal, zowel regionaal als landelijk, publiciteit gegeven aan het Bevrijdingsfestival waar naar schatting 120.000 tot 140.000 bezoekers worden verwacht.

4.3

Een schorsing van de geluidsontheffing in dit late stadium zou er feitelijk op neer komen dat het festival niet, althans niet in de geplande omvang, door zal kunnen gaan. Los van de eventuele gevolgen daarvan voor de contracten met de artiesten en de financiële schade voor de organisatie, acht de voorzieningenrechter het te elfder ure afblazen van het evenement onverantwoord gelet op de grote problemen die dit zal kunnen geven voor de openbare orde en veiligheid. De kans is groot dat eventuele berichtgeving over afgelasting van het Bevrijdingsfestival potentiële bezoekers van het festival niet tijdig zal bereiken, zodat zij toch in grote getale naar Zwolle zullen afreizen en aldaar aangekomen worden geconfron-teerd met het niet doorgaan van het evenement en hun vertier elders in de binnenstad zullen zoeken.

4.4

Ook verlaging van de geluidsnorm, waardoor mogelijk niet de gewenste muziekkwaliteit kan worden geboden, acht de voorzieningenrechter niet aangewezen omdat ook dit zal kunnen leiden tot niet voorziene effecten voor de openbare orde en veiligheid in verband met teleurgestelde bezoekers die het festival vroegtijdig verlaten en zich massaal naar andere plaatsen in de stad zullen begeven, zoals de IJsselhallen. Hiermee is bij de voorbereidingen geen rekening gehouden.

4.5

Gelet op het vorenstaande is de voorzieningenrechter van oordeel dat aan het door verweerder te dienen algemeen belang van de openbare orde en veiligheid meer gewicht moet worden toegekend dan aan de - op zich gerechtvaardigde belangen - van verzoekers bij het voorkomen van aantasting van hun woon- en leefklimaat door geluidsoverlast.

5. Het verzoek wordt afgewezen.

6. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.

Deze uitspraak is gedaan door mr. J.H.M. Hesseling, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van G. Kootstra, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op

griffier voorzieningenrechter

Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature