Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Vindplaats:

Inhoudsindicatie:

In het kort geding tussen Roosegaarde en de gemeente Assen over het lichtkunstwerk voor De Nieuwe Kolk heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat een ordemaatregel geïndiceerd is. Roosegaarde c.s. heeft er belang bij, dat zijn kunstwerk goed tot zijn recht komt, de gemeente heeft er belang bij dat daarbij aan de eisen van openbare orde en veiligheid wordt voldaan.

De voorzieningenrechter beveelt partijen om per direct en jegens elkaar hun medewerking te verlenen aan een aanpassing van de belichting van het plein en de trappen voor De Nieuwe Kolk, om daar een veilige en niet gevaar zettende situatie te verkrijgen. Binnen dit veiligheidskader moeten omgevingsverlichting en uitstraling van het licht van het kunstwerk worden aangepast.

Hierbij moeten de auteurs- en persoonlijkheidsrechten van Roosegaarde c.s. worden gerespecteerd, voor zover dat binnen het hiervoor omschreven veiligheidskader verantwoord is. Dit brengt met zich mee, dat een versterking van de omgevingsverlichting, na een eventuele versterking van de uitstraling van het licht van het kunstwerk, minimaal dient te zijn.

Uitspraak



vonnis

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling privaatrecht

Locatie Assen

zaaknummer / rolnummer: C/19/109082 / KG ZA 15-31

Vonnis in kort geding van 10 juni 2015

in de zaak van

1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

STUDIO ROOSEGAARDE B.V.,

gevestigd te Waddinxveen,

2. DANIËL FERDINAND ROOSEGAARDE,

wonende te Amsterdam,

eisers in conventie,

verweerders in reconventie,

advocaat mr. D.M. Wille te Amsterdam,

tegen

de publiekrechtelijke rechtspersoon

GEMEENTE ASSEN,

zetelend te Assen,

gedaagde in conventie,

eiseres in reconventie,

advocaat mr. dr. M.H. Elferink te Enschede.

Partijen zullen hierna Studio Roosegaarde en Daan Roosegaarde, gezamenlijk te noemen Roosegaarde c.s., en de gemeente genoemd worden.

IN CONVENTIE EN IN RECONVENTIE

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

de dagvaarding d.d. 10 maart 2015;

de mondelinge behandeling d.d. 18 maart 2015;

de pleitnota van Roosegaarde c.s.;

de pleitnota van de gemeente;

de eis in reconventie;

de in het geding gebrachte producties;

de aanhouding ten behoeve van overleg tussen partijen over de mogelijkheid het geschil in der minne te regelen.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 De feiten

2.1.

Studio Roosegaarde verricht volgens haar omschrijving in het handelsregister van de Kamer van Koophandel de volgende activiteiten: het onderzoeken, ontwerpen, ontwikkelen en adviseren op het gebied van innovatie en design van interactieve landschappen.

2.2.

Daan Roosegaarde is kunstenaar en ontwerper op het gebied van technologische innovaties en via zijn vennootschap Roosegaarde Holding B.V. enig bestuurder en aandeelhouder van Roosegaarde B.V.

2.3.

Roosegaarde c.s. heeft in opdracht van de gemeente het lichtkunstwerk Sensor Valley 8.0 gerealiseerd. Het lichtkunstwerk omvat 15 pilaren, elk 2,5 meter hoog, voorzien van LED's, sensoren, draadloze onderlinge communicatieapparatuur en interactieve software en elektronica. De lichtpilaren lichten op bij aanraking of wanneer de bezoeker langsloopt. Het lichtkunstwerk is een uniek exemplaar en bevindt zich voor de gevel en gedeeltelijk onder de luifel van het theater en bioscoopcomplex De Nieuwe Kolk aan de Weiersstraat 1 in Assen, zoals hieronder afgebeeld. Het kunstwerk is op 20 april 2012 onthuld.

2.4.

Voorafgaand aan de realisatie van het kunstwerk heeft Roosegaarde c.s. op 19 september 2010 een offerte aan de gemeente gestuurd. Onder Condities staat vermeld:

- Gebaseerd op contract & document "Randvoorwaarden 'Sensor Valley'_Studio Roosegaarde".

2.5.

Op 15 oktober 2010 is tussen partijen een overeenkomst ondertekend. In deze overeenkomst is bepaald, voor zover hier van belang:

"De gemeente neemt de randvoorwaarden gesteld door de kunstenaar in acht:

Het kunstwerk dient zoveel mogelijk in een schaduwrijke omgeving te worden geplaatst. Bij het kunstwerk dient de belichting lokaal te worden uitgezet (met inachtneming van de regels voor openbare orde en veiligheid). Dit wordt gecompenseerd door het licht van het kunstwerk.

(…)

Na oplevering dienen visuele wijzigingen van tevoren worden besproken met de kunstenaar.

Hieronder vallen elementen zoals belichting of externe elementen die de zichtlijnen of compositie van het kunstwerk belemmeren. Het kunstwerk zelf mag niet worden verplaatst of visueel worden veranderd.

(…)

Bij overtreding van de randvoorwaarden zal het kunstwerk in originele staat worden hersteld en de werkzame uren en materialen van de kunstenaar worden gefactureerd aan de gemeente."

2.6.

Roosegaarde heeft bij e-mail d.d. 21 september 2011 aan de gemeente en de BAM,

naar aanleiding van een e-mail van [medewerker Bam] van Bam Techniek, het volgende bericht:

"Dit is een probleem. Sensor Valley is een lichtkunstwerk (zie bijlage) en ik zie nu hele hoge lichtwaardes van de BAM op de grond bij de entree. Dan is er van het kunstwerk niets meer te zien of te ervaren.

Afgesproken was dat de plek rondom de entree donker zou blijven. De lichtpilaren zullen voldoende licht geven. Mijn dringend advies is dus om de lichtspots weg te laten bij de entree/overkapping.

(…).

2.7.

De heer [medewerker gemeente] heeft daarop per e-mail d.d. 22 september 2011 als volgt

gereageerd:

"(…).

Voor de duur dat het kunstwerk er staat (minimaal 10 jaar) kan de afspraak zijn, is de

afspraak dat de luifel verlichting niet brand en voor de momenten waarop het er voor een

evenement, het tijdelijk dringend weg moet, is het noodzakelijk om over verlichting in de

luifel te beschikken als onderdeel van het gebouw. Niemand weet hoe de wereld er over 10

jaar uitziet."

2.8.

In mei 2012 heeft een mailwisseling tussen partijen plaatsgevonden over o.a. de

luifelverlichting. De gemeente heeft daarbij toegezegd, dat de verlichting van de luifel

uitblijft, maar geeft aan dat zich steeds meer hangjeugd verzamelt voor De Nieuwe Kolk,

met name onder de luifel, en dat de trappen amper zijn aangelicht. De gemeente geeft

aan deze punten met Roosegaarde te willen bespreken.

2.9.

Vanaf eind 2014 houdt de gemeente 's avonds en 's nachts de luifelverlichting

ingeschakeld. Roosegaarde c.s. is hierover niet geïnformeerd door de gemeente. Op 9

januari 2015 hebben partijen daarover een gesprek gehad. Door Roosegaarde c.s. is

daarvan notulen opgemaakt, die hij op 19 januari 2015 naar de gemeente heeft gemaild. De

gemeente heeft per e-mail d.d. 10 februari 2015 laten weten het niet eens te zijn met

de weergave van het gesprek.

2.10.

Bij brief d.d. 3 februari 2015 heeft de advocaat van Roosegaarde c.s. de gemeente

verzocht en voor zover nodig gesommeerd toe te zeggen de inbreuk op de

persoonlijkheidsrechten van Roosegaarde c.s. per direct blijvend te staken. De gemeente

heeft bij brief d.d. 6 februari 2015 afwijzend gereageerd op dit verzoek c.q. sommatie.

Daarop heeft tussen partijen schriftelijk en telefonisch contact plaatsgevonden, maar partijen

hebben niet tot een oplossing kunnen komen.

IN CONVENTIE

3 Het geschil in conventie

3.1.

Roosegaarde c.s. vordert dat de voorzieningenrechter bij vonnis, voorzover mogelijk, uitvoerbaar bij voorraad:

Primair

1. de gemeente zal bevelen om, onmiddellijk na de betekening van dit vonnis,

iedere inbreuk op de persoonlijkheidsrechten van Roosegaarde c.s. te staken en gestaakt te houden door de Luifelverlichting blijvend uit te schakelen zodanig dat de Beoogde Situatie wordt hersteld;

2. de gemeente zal bevelen tot nakoming, onmiddellijk na de betekening van dit vonnis, van de in artikel 1 sub 1, sub 3 en sub 5 Overeenkomst bestaande verplichtingen, door de Luifelverlichting blijvend uit te schakelen zodanig dat de Beoogde Situatie wordt hersteld en de door Roosegaarde c.s. gemaakte kosten aan Roosegaarde c.s. te betalen.

Subsidiair

3. de gemeente zal bevelen om, binnen zeven (7) dagen na betekening van dit vonnis, in overleg te treden met Roosegaarde c.s. en (tegen vergoeding van de kosten en schade van Roosgaarde c.s.) een nieuw lichtplan te maken en uit te voeren zodanig dat de inbreuk op de rechten van Roosegaarde c.s. wordt beëindigd, waarbij, mocht de gemeente dit niet binnen een maand na betekening van het te dezen te wijzen vonnis voltooid hebben, de gemeente wordt bevolen na die maand de Luifelverlichting blijvend uit te schakelen totdat het nieuwe lichtplan naar wens van Roosegaarde c.s. is uitgevoerd;

Primair en subsidiair

4. de gemeente zal veroordelen om aan Roosegaarde c.s., ten titel van dwangsommen, onmiddellijk opeisbaar en niet voor matiging vatbaar bedrag van EUR 5.000,-- (zegge: vijfduizend Euro) te betalen voor iedere dag, een gedeelte van een dag daaronder begrepen, of - zulks ter keuze van Roosegaarde c.s. voor iedere keer, dat de gemeente in strijd handelt of laat handelen met het hiervoor onder sub 1, 2, en/of sub 3 gevorderde;

5. de gemeente zal veroordelen in de volledige kosten van deze procedure op grond van artikel 1019h Rv , bestaande uit de gerechtskosten en de andere feitelijk door Roosegaarde c.s. gemaakte kosten, waaronder het volledige salaris en de verschotten van hun advocaat, dan wel een ander in goede justitie te bepalen bedrag ter vergoeding van de redelijke en evenredige gerechtskosten en andere kosten die Roosegaarde c.s. hebben gemaakt.

3.2.

Roosegaarde c.s. stelt daartoe - samengevat - het volgende. Het lichtkunstwerk is een auteursrechtelijk beschermd werk in de zin van artikel 10 Auteurswet (Aw). De gemeente heeft het lichtkunstwerk in 2012 aanvaard in de staat die het toen had. De gemeente heeft zonder aankondiging of afstemming de luifelverlichting aangedaan.

Door het inschakelen van de luifelverlichting is sprake van een openbaarmaking van het lichtkunstwerk zonder toestemming van Roosegaarde c.s., hetgeen een inbreuk op zijn auteursrecht oplevert. Roosegaarde c.s. heeft in zijn hoedanigheid van auteursrechthebbende op grond van art. 25 Aw jo art. 10 Aw het recht zich te verzetten tegen elke wijziging in het werk (art. 25 lid 1 sub c Aw) en het recht zich te verzetten tegen elke misvorming, verminking of andere aantasting van het lichtkunstwerk (art. 25 lid 1 sub d Aw). Roosegaarde c.s. stelt schade te lijden omdat het nu ontstane effect en de huidige staat van het lichtkunstwerk hun reputatie als kunstenaar(s) aantast. Hij stelt een spoedeisend belang te hebben bij zijn vordering. Dit belang vloeit voort uit het voortdurende karakter van de inbreuk op zijn persoonlijkheidsrechten.

3.3.

De gemeente voert verweer. Zij voert - samengevat weergegeven aan - dat Roosegaarde c.s. haar verplichtingen uit de overeenkomst niet nakomt, nu het kunstwerk het uitzetten van de lokale verlichting niet compenseert. Roosegaarde c.s. verkeert derhalve in schuldeisersverzuim en de gemeente is bevoegd haar verplichtingen uit de overeenkomst op te schorten. De gemeente wordt sinds de oplevering geconfronteerd met klachten van bezoekers en valpartijen, zelfs met botbreuken tot gevolg, omdat het plein voor het theater en de trappen naar het theater te donker zijn. De gemeente beroept zich op een door haar in het geding gebracht lichtrapport d.d. 16 maart 2015, waaruit volgens haar blijkt dat het licht uit de pilaren de uitschakeling van de luifelverlichting geenszins compenseert. De gemeente betwist daarnaast het beroep van Roosegaarde c.s. op de schending van persoonlijkheidsrechten. De gemeente betwist het spoedeisend belang bij de vorderingen van Roosegaarde c.s., nu sinds 19 februari jl. de luifelverlichting is uitgeschakeld. De gemeente meent daarnaast dat de onderhavige zaak zich niet goed leent voor een kort geding.

3.4.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

IN RECONVENTIE

4 Het geschil in reconventie

4.1.

De gemeente vordert dat de voorzieningenrechter, bij vonnis in kort geding voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:

Primair:

I.a Roosegaarde c.s. zal veroordelen de op haar rustende verplichtingen uit de

overeenkomst van 15 oktober 2010, in het bijzonder de verplichting als omschreven in artikel 1 sub 1 onder A (Algemene bepalingen) na te komen in die zin dat het uitzetten van de lokale verlichting zal worden gecompenseerd door het licht van het kunstwerk;

I.b Roosegaarde c.s. zal veroordelen de op haar rustende verplichtingen uit de

overeenkomst van 15 oktober 2010, in het bijzonder de verplichting als omschreven in artikel 1 sub 1 onder A (Algemene bepalingen) na te komen in die zin dat het kunstwerk de onvoldoende belichting van het plein en de trappen voor de Nieuwe Kolk dusdanig dient te compenseren dat er niet langer sprake is van een onveilige en gevaarzettende situatie;

Subsidiair:

II. Roosegaarde c.s. zal gebieden per direct met de gemeente in overleg te treden

teneinde nieuwe afspraken te maken over de belichting van het plein en de trappen

voor de Nieuwe Kolk, en mee te werken aan een oplossing die een veilige en niet

gevaarzettende situatie waarborgt, ongeacht of de uitstraling van het licht van het

kunstwerk dan wel de omgevingsverlichting daarvoor gewijzigd dient te worden, en waarbij geldt dat bij gebreke van totstandkoming van een zodanige oplossing de

luifelverlichting ingeschakeld zal blijven;

Primair en subsidiair:

III. Roosegaarde c.s. zal veroordelen om aan de gemeente, ten titel van dwangsommen, een onmiddellijk opeisbaar en niet voor matiging vatbaar bedrag van € 5.000,= (zegge: vijfduizend euro) te betalen voor iedere dag, een gedeelte van een dag daaronder begrepen, of - zulks ter keuze van de gemeente - voor iedere keer dat Roosegaarde c.s. in strijd handelt of laat handelen met het hiervoor onder sub la en Ib en II gevorderde.

IV. Roosegaarde c.s. zal veroordelen in de kosten van dit geding, alsmede Roosegaarde c.s. te veroordelen tot betaling van de nakosten tot een bedrag van € 131,-, dan wel indien betekening van het vonnis plaatsvindt, tot een bedrag van € 199,-, waarbij betaling van € 131,- respectievelijk € 199,- dient te geschieden binnen veertien dagen na dagtekening van het vonnis respectievelijk binnen veertien dagen na dagtekening van de betekening, bij gebreke waarvan Roosegaarde c.s. ook over deze nakosten de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW verschuldigd zal worden;

V. Althans een zodanige voorziening te treffen als de voorzieningenrechter juist acht.

4.2.

De gemeente stelt een spoedeisend belang te hebben bij haar vorderingen. Zij stelt daartoe dat Roosegaarde c.s. het werk heeft opgeleverd zonder dat deze de uitschakeling van de lokale verlichting voldoende compenseert, zodat niet is voldaan aan de eisen van veiligheid en openbare orde. Zij is als wegbeheerder aansprakelijk voor schade als de weg, inclusief de openbare verlichting, niet voldoet aan de eisen die men daaraan in de gegeven omstandigheden mag stellen en daardoor gevaar voor personen of zaken oplevert. Indien de luifelverlichting is uitgeschakeld brengt dit iedere dag en nacht een gevaarzettende situatie met zich mee, waarvoor de gemeente in beginsel aansprakelijk is.

4.3.

Studio Roosegaarde en Daan Roosegaarde, gezamenlijk te noemen Roosegaarde c.s., voeren verweer.

4.4.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

IN CONVENTIE EN IN RECONVENTIE

5 De beoordeling in conventie en in reconventie

5.1.

Het spoedeisend belang in conventie staat voldoende vast.

De gemeente heeft weliswaar aangegeven dat het spoedeisend belang ontbreekt, omdat de luifelverlichting al sinds 19 februari jl. uitgeschakeld is, maar de gemeente heeft geen definitieve toezegging gedaan, zodat de onzekerheid over de vraag of de verlichting weer aangaat nog reëel is.

Het spoedeisend belang in reconventie staat eveneens voldoende vast, gelet op de veiligheidsproblematiek en de daarmee mogelijk samenhangende aansprakelijkheid van de gemeente als wegbeheerder.

5.2.

De voorzieningenrechter zal hierna, gelet op de samenhang tussen de wederzijdse vorderingen, de conventie en reconventie gezamenlijk bespreken. De voorzieningenrechter is voorshands van oordeel dat voldoende vast staat dat de gemeente inbreuk heeft gemaakt op het auteursrecht van Roosegaarde (c.s.) dan wel op de persoonlijkheidsrechten van Roosegaarde (c.s.). Het inschakelen van de luifelverlichting leidt ertoe, dat het lichtkunstwerk visueel wordt gewijzigd (art. 25 lid 1 sub c Aw), dan wel wordt aangetast en verminkt (art. 25 lid sub d Aw). Dit blijkt naar het oordeel van de voorzieningenrechter ook uit de door Roosegaarde c.s. overgelegde productie 7, waarop duidelijk te zien is dat het effect van het kunstwerk door het inschakelen van de luifelverlichting is gewijzigd. Ook is voldoende aannemelijk, dat Roosegaarde c.s. daardoor schade lijdt, nu het effect dat daardoor is ontstaan zijn reputatie als kunstenaar aantast.

De gemeente voert nog aan, dat Roosegaarde c.s. zich niet in redelijkheid kan verzetten tegen een wijziging in het werk, nu de veiligheid van burgers en de openbare orde in het geding is. Ook het recht van verzet op grond van art. 25 lid 1 sub d vindt zijn begrenzing in de redelijkheid op grond van de veiligheid en openbare orde. De voorzieningenrechter zal het aspect van de veiligheid en openbare orde hierna behandelen.

5.3.

De vraag die vervolgens beantwoord moet worden is of de primaire vorderingen van partijen toewijsbaar zijn. De voorzieningenrechter beantwoordt deze vraag ontkennend en overweegt daartoe het volgende.

5.4.

In de overeenkomst tussen partijen d.d. 15 oktober 2010 is in art. 1 onder de randvoorwaarden bepaald dat bij het kunstwerk de belichting lokaal dient te worden uitgezet (met inachtneming van de regels voor openbare orde en veiligheid). De voorzieningenrechter acht voorshands voldoende aannemelijk dat de verlichting is ingeschakeld omdat de veiligheid en openbare orde in het geding zijn en dat de gemeente dit deswege ook kon doen. Roosegaarde stelt weliswaar, dat de verlichting is ingeschakeld in verband met commerciële doeleinden, en stelt zich ook op het standpunt dat dit door de gemeente is erkend (daarbij verwijzend naar de door hem opgemaakte notulen van het gesprek van 6 februari 2015), maar de weergave van het gesprek door Roosegaarde c.s. is door de gemeente niet bevestigd. Uit onder meer de e-mail d.d. mei 2012 van de gemeente aan Roosegaarde c.s. en de verklaring van [medewerker De Nieuwe Kolk], operationeel manager van De Nieuwe Kolk d.d. 13 maart 2015 (prod. 11 van de gemeente) blijkt dat het met name gaat om aspecten van veiligheid en openbare orde.

In de randvoorwaarden onder 3. is echter bepaald dat na oplevering visuele wijzigingen van tevoren worden besproken met de kunstenaar. Dit heeft de gemeente nagelaten.

5.5.

De voorzieningenrechter acht voorts van belang de laatste zin van randvoorwaarde 1, namelijk dat het uitzetten van de belichting wordt gecompenseerd door het licht van het kunstwerk (ook genoemd in de e-mail d.d. 21 september van Roosegaarde).

Uit het door de gemeente ingebrachte Advies verlichting plein/trappen Nieuwe Kolk d.d. 16 maart 2015 blijkt naar voorlopig oordeel afdoende dat dit niet het geval is. Het meetresultaat met binnenverlichting aan en luifelverlichting uit geeft aan dat de gemiddelde verlichtingssterkte op de trap en op het plein voldoende is, maar dat de gelijkmatigheid op de trap onvoldoende is. Daarnaast blijkt dat de lichtkolommen nagenoeg geen licht verspreiden. Met zowel de luifelverlichting als de binnenverlichting uit is de gemiddelde lichtsterkte op de trap onvoldoende en de gelijkmatigheid slecht. De voorzieningenrechter is voorshands dan ook van oordeel dat Roosegaarde c.s. op dit punt is tekort geschoten. De voorzieningenrechter acht daarbij wel van belang, dat niet is gebleken, dat de gemeente Roosegaarde c.s. bij de oplevering van het kunstwerk heeft aangesproken op de onvoldoende compensatie, terwijl van de gemeente verwacht had mogen worden, dat zij dit aspect bij de oplevering had betrokken.

5.6.

Uit hetgeen hiervoor is overwogen, blijkt naar het oordeel van de voorzieningenrechter voldoende dat door beide partijen niet (geheel) is voldaan aan de tussen hen gesloten overeenkomst. De voorzieningenrechter is daarom van oordeel, dat zowel de primaire vordering van Roosegaarde c.s. – kort gezegd het blijvend uitschakelen van de luifelverlichting - als de primaire vordering van de gemeente – het nakomen van de verplichtingen uit de overeenkomst, zodat het uitzetten van de lokale verlichting en de onvoldoende belichting van het plein en de trappen zal worden gecompenseerd door het licht van het kunstwerk – niet toewijsbaar zijn.

5.7.

De voorzieningenrechter is echter van oordeel dat een ordemaatregel geïndiceerd is. Roosegaarde c.s. heeft er belang bij, dat zijn kunstwerk goed tot zijn recht komt, de gemeente heeft er belang bij dat daarbij aan de eisen van openbare orde en veiligheid wordt voldaan. De voorzieningenrechter zal daarom een maatregel treffen, zoals door hem juist geacht, daarbij aansluitend op de subsidiaire vorderingen van partijen en vordering V. van de gemeente (een zodanige voorziening te treffen als de voorzieningenrechter juist acht). Hierbij merkt de voorzieningenrechter op, dat om dezelfde redenen waarom de primaire vorderingen niet toewijsbaar zijn, de subsidiaire vorderingen evenmin in de vorm waarin zij zijn ingesteld kunnen worden toegewezen. De voorzieningenrechter realiseert zich, dat partijen reeds een periode voor overleg hebben gehad, maar beoogt met de in dit vonnis te geven wederzijdse veroordelingen tot medewerking jegens elkaar een maatregel te geven die zowel in voldoende mate tegemoet komt aan het belang van Roosegaarde c.s. (het tot zijn recht komen van het kunstwerk) als aan het belang van de gemeente (dat daarbij wordt voldaan aan de eisen van openbare orde en veiligheid).

5.8.

Partijen zal dan ook bevolen worden om per direct en jegens elkaar hun medewerking te verlenen aan een aanpassing van de belichting van het plein en de trappen voor De Nieuwe Kolk, teneinde aldaar een veilige en niet gevaar zettende situatie te verkrijgen. Binnen dit veiligheidskader dienen omgevingsverlichting - voor rekening van de gemeente - en uitstraling van het licht van het kunstwerk – voor rekening van Roosegaarde c.s. - te worden aangepast.

Bij deze aanpassing dient evenwel uitgangspunt te zijn, dat de auteurs- en persoonlijkheidsrechten van Roosegaarde c.s. worden gerespecteerd, voor zover dat binnen het hiervoor omschreven veiligheidskader verantwoord is, wat met zich meebrengt, dat een versterking van de omgevingsverlichting, na een eventuele versterking van de uitstraling van het licht van het kunstwerk, minimaal dient te zijn.

5.9.

Aan bovengenoemd bevel zal een dwangsom worden verbonden, daarbij aansluitend op de door partijen gevorderde dwangsommen. De gevorderde dwangsom zal worden beperkt als in het dictum te bepalen.

5.10.

Aangezien elk van partijen als op enig punt in het ongelijk gesteld is te beschouwen, zullen de proceskosten worden gecompenseerd op de hierna te vermelden wijze.

6 De beslissing

De voorzieningenrechter

in conventie en in reconventie

1. beveelt partijen om per direct en jegens elkaar hun medewerking te verlenen aan een aanpassing van de belichting van het plein en de trappen voor de Nieuwe Kolk, zoals overwogen in r.o. 5.8,

2. bepaalt dat de partij die niet aan de in 1. uitgesproken hoofdveroordeling voldoet, jegens de andere partij een dwangsom verbeurt van € 5.000,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij niet aan de genoemde hoofdveroordeling voldoet, tot een maximum van € 100.000,00 is bereikt,

3. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,

4. compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,

5. wijst het meer of anders gevorderde af.

Dit vonnis is gewezen door mr. H. Wolthuis en in het openbaar uitgesproken op 10 juni 2015.

type: A.Wa

coll:


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature