U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Instantie:

Inhoudsindicatie:

Verzoek tot toelating schuldsanering afgewezen. De schulden zijn te kwader trouw ontstaan. Verzoeker kan worden verweten dat hij zijn huur- en zorgtoeslag gedurende enkele jaren heeft laten doorlopen, niet tussentijds heeft beeindigd en de ontvangen gelden niet heeft gereserveerd. Voorts heeft hij zijn inkomsten langere tijd niet besteed aan de betaling van de (achterstand in de) huur, hetgeen heeft geleid tot een ontruiming. Hij is destijds vanwege zijn harddrugsgebruik financieel nalatig geweest. Toelating ook niet op grond van de hardheidsclausule, omdat verzoeker zijn op zijn harddrugsverslaving volgende cannabisverslaving niet voldoende onder controle heeft. Beschermingsbewind ligt in de rede.

Uitspraak



RECHTBANK ALMELO

Sector civiel recht

zaaknummer: 131781/FT-RK 12.1061

datum vonnis: 8 november 2012

Vonnis van de rechtbank Almelo, enkelvoudige kamer voor burgerlijke zaken, op het verzoek van:

[Verzoeker],

geboren op [1983] te [geboorteplaats],

wonende te [woonplaats], [adres],

verzoeker, verder ook [verzoeker] te noemen,

Het procesverloop

[Verzoeker] heeft een verzoekschrift ingediend de toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling uit te spreken.

De zaak is behandeld ter terechtzitting van 1 november 2012. Ter zitting zijn [verzoeker] en zijn begeleider van Humanitas onder dak, mevrouw [G], verschenen. Van de behandeling heeft de griffier aantekeningen gemaakt.

Het vonnis is bepaald op vandaag.

De beoordeling

De feiten

[Verzoeker] is een alleenstaande man van 29 jaar.

[Verzoeker] woont bij Humanitas. [Verzoeker] ontvangt een ZW-uitkering ter hoogte van € 774,04 netto per maand en een WWB-uitkering ter hoogte van ongeveer € 436,-- per maand voor de pensionkosten van Humanitas.

De totale schuldenlast van [verzoeker] bedraagt volgens het verzoekschrift met bijlagen € 25.780,56, waaronder de volgende schulden:

- Belastingdienst, € 5.176,30, 2008, 2009 en 2010;

- De Nederlandse Woningfinanciering Maatschappij, € 5.631,26, 2010.

De schuld aan de Belastingdienst betreft teveel ontvangen huurtoeslag in de jaren 2008 tot en met 2010 en de teveel ontvangen zorgtoeslag in het jaar 2009. De schuld aan de Nederlandse Woningfinanciering Maatschappij heeft betrekking op een woningontruiming.

De toelichting van [verzoeker]

[Verzoeker] heeft ter zitting verklaard dat hij meerdere verslavingen heeft gehad. Volgens [verzoeker] heeft hij tot twee jaar geleden harddrugs, zoals cocaïne, XTC en amfetamine, gebruikt, maar gebruikt hij nu alleen nog cannabis. Volgens [verzoeker] is het afhankelijk van zijn financiën, maar hij rookt ongeveer één joint per dag.

Desgevraagd heeft [verzoeker] ter zitting verklaard dat hij in mei van dit jaar de budgetbeheerrekening van de Stadsbank heeft opgezegd en het daarop gespaarde bedrag van € 581,-- heeft opgenomen, omdat hij dacht dat ‘dat het laatste geld zou zijn dat hij uit kon geven’. [Verzoeker] heeft het geld besteed aan drank en verdovende middelen en ‘dingen die je niet snel zult doen’. Voorts heeft [verzoeker] ter zitting desgevraagd verklaard dat hij in 2010 een tijd geen inkomsten heeft gehad omdat hij geen WWB-uitkering had aangevraagd. Hij zat op dat moment psychisch niet ‘lekker in zijn vel’, aldus [verzoeker]. Volgens [verzoeker] is ‘alles goed gekomen’ toen hij bij Humanitas kwam.

[Verzoeker] heeft ter zitting ten aanzien van zijn schuld aan de Belastingdienst verklaard dat hij in de tijd dat hij teveel zorg- en huurtoeslag ontving, financieel nalatig is geweest door zijn harddrugsgebruik.

Ten aanzien van zijn schuld aan de Nederlandse Woningfinanciering Maatschappij heeft [verzoeker] verklaard dat deze schuld de huurachterstand en de kosten van ontruiming betreft.

De toelichting van [G]r

[G] heeft ter zitting verklaard dat zij [verzoeker] inmiddels drie maanden kent en dat hij thans stabiel is.

De overwegingen van de rechtbank

Naar het oordeel van de rechtbank is onvoldoende aannemelijk geworden dat [verzoeker] ten aanzien van het ontstaan of onbetaald laten van zijn schulden in de vijf jaar voorafgaand aan de dag waarop het verzoekschrift is ingediend te goeder trouw is geweest. De rechtbank doelt daarbij op de schulden aan de Belastingdienst en de Nederlandse Woningfinanciering Maatschappij en overweegt daartoe als volgt.

De rechtbank acht niet aannemelijk dat [verzoeker] te goeder trouw is geweest ten aanzien van het ontstaan en onbetaald laten van zijn schuld aan de Belastingdienst. De schuld aan de Belastingdienst betreft de gedurende de jaren 2008 tot en met 2010 teveel ontvangen huurtoeslag en de in het jaar 2009 teveel ontvangen zorgtoeslag. In totaal wordt een bedrag van € 5.176,30 van [verzoeker] teruggevorderd. Naar het oordeel van de rechtbank kan het [verzoeker] worden verweten dat hij de huur- en zorgtoeslag gedurende enkele jaren heeft laten doorlopen en niet tussentijds heeft beëindigd en de ontvangen gelden aan andere zaken heeft besteed en niet heeft gereserveerd. [Verzoeker] heeft immers zelf ter zitting verklaard dat hij in de tijd dat hij teveel zorg- en huurtoeslag ontving financieel nalatig is geweest en dat de reden daarvoor is gelegen in zijn harddrugsgebruik.

De rechtbank acht evenmin aannemelijk dat [verzoeker] te goeder trouw is geweest ten aanzien van het ontstaan en onbetaald laten van zijn schuld aan de Nederlandse Woningfinanciering Maatschappij van € 5.631,26. [Verzoeker] kan worden verweten dat hij zijn inkomsten, zo deze al aanwezig waren, gedurende een lange periode niet heeft besteed aan het betalen van de huur en de achterstand in de huurbetaling zodanig (lang) heeft laten oplopen dat dit uiteindelijk in 2010 heeft geleid tot een woningontruiming, met alle kosten van dien. [Verzoeker] was immers gedurende deze periode, volgens zijn eigen verklaringen, verslaafd aan harddrugs.

Het kan [verzoeker] worden verweten dat de genoemde schulden zijn ontstaan en onbetaald gelaten door zijn harddrugsverslaving. Een dergelijke verslaving kost veel geld alsook heeft een negatieve invloed op de handelingen van die persoon, zoals hier ook het geval is geweest.

Reeds gelet op het vorenstaande is het verzoek niet voor toewijzing vatbaar. De overige schuldenlast behoeft daarom geen nadere bespreking.

Het verzoek zal worden afgewezen op grond van artikel 288 lid 1, aanhef en onder b, Faillissementswet (Fw).

Een beroep op de zogenaamde ‘hardheidsclausule’ als genoemd in artikel 288, derde lid, Fw kan niet worden ingewilligd, omdat [verzoeker] de omstandigheden die bepalend zijn geweest voor het ontstaan of onbetaald laten van zijn schulden (nog) niet voldoende onder controle heeft gekregen. Gelet op de ter zitting geschetste gang van zaken door [verzoeker] en Humanitas is niet aannemelijk geworden dat [verzoeker] zijn cannabisverslaving, die volgde op zijn harddrugsverslaving, door deskundige begeleiding al enige tijd en voldoende onder controle heeft en derhalve al enige tijd voldoende stabiel is. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking dat [verzoeker] in mei van dit jaar nog zijn budgetbeheerrekening bij de Stadsbank heeft beëindigd en het daarop gespaarde saldo van € 581,-- heeft opgenomen en gebruik voor persoonlijke doeleinden, waaronder de aanschaf van drank en verdovende middelen.

[Verzoeker] is door het verkrijgen van hulp van Humanitas gedeeltelijk op de goede weg, maar dit is naar het oordeel van de rechtbank nog niet voldoende. Er zal eveneens toezicht moeten worden gehouden op de financiën van [verzoeker], zodat voorkomen kan worden dat hij nieuwe schulden laat ontstaan. Blijvend financieel toezicht in de vorm van beschermings-bewind zou hiervoor een geschikt middel kunnen zijn. De rechtbank wijst er in dit kader nog op dat indien [verzoeker] op dat moment een nieuw verzoek tot toepassing tot de wettelijke schuldsaneringsregeling indient, niet is gegeven dat hij dan wel zal worden toegelaten tot de wettelijke schuldsaneringsregeling. Op dat moment zal een nieuwe beoordeling plaatsvinden op grond van de op dat moment bekend zijnde feiten en omstandigheden.

De beslissing:

de rechtbank:

wijst het verzoek af.

Gewezen door mr. E. Venekatte, lid van genoemde kamer, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 8 november 2012, in tegenwoordigheid van de griffier.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde wetgeving

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature