Proeftijd. Art. 14b (oud) en 14c (oud) Sr. Verdachte is t.z.v. grootschalige oplichting van de gemeente Tiel, gepleegd in de periode van 1 december 2010 t/m 3 augustus 2011, veroordeeld tot een gevangenisstraf van achttien maanden, waarvan negen maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaren. Het Hof heeft ten onrechte een proeftijd van drie jaren vastgesteld v.w.b. de naleving van de algemene voorwaarde nu deze gelet op het in deze zaak nog geldende art. 14b.2 (oud) Sr jo. 14c.1 (oud) Sr ten hoogste twee jaren kon bedragen. HR herstelt deze misslag en bepaalt de proeftijd op twee jaren. Samenhang met 15/02894, 15/02971, 15/03321 en 15/03322.