Doodslag, art. 287 Sr. HR herhaalt HR 18 september 2001, ECLI:NL:HR:2001:AD3530 dat vaststellingen en gevolgtrekkingen door de feitenrechter slechts op de begrijpelijkheid kunnen worden getoetst. Mede tegen de achtergrond van hetgeen door de verdediging is aangevoerd, is het oordeel van het Hof dat erop neerkomt dat het verdachte is geweest die in haar woning op de bewuste datum tussen 14:35 uur en 15:57 uur het dodelijk letsel aan X heeft toegebracht, niet zonder meer begrijpelijk gemotiveerd. HR verwijst de zaak.