U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:

Inhoudsindicatie:

Inkomstenbelasting / Artikel 16 en 23A / Belastingjaar 1994

Aftrek buitengewone lasten wegens aan een studerend kind verstrekt levensonderhoud kan plaatsvinden, indien overigens aan de voorwaarden is voldaan, mits het kind voor ten minste Naf. 1000 zelf in de kosten van zijn levensonderhoud bijdraagt.

Belanghebbende overlegt een schriftelijke verklaring van zijn in Nederland studerende zoon waarin staat dat deze door het verrichten van allerlei werkzaamheden voor meer dan Naf. 1000 heeft bijgedragen in zijn eigen levensonderhoud.

Uitspraak



Beschikking van 26 februari 1999, nr. 1997/230

DE RAAD VAN BEROEP VOOR BELASTINGZAKEN

zitting houdende in Curacao,

inzake:

belanghebbende

tegen

de Inspecteur der Belastingen

1. Het procesverloop

1.1. Aan appellant is voor het jaar 1994 een aanslag in de inkomstenbelasting opgelegd naar een zuiver inkomen van Naf. 507.556.

1.2. Bij beschikking d.d. 16 oktober 1997 op het door appellant ingediende bezwaarschrift heeft de Inspecteur de aanslag verminderd tot een naar een zuiver inkomen van Naf. 495.006.

1.3. Bij het op 16 december 1997 bij de Raad ingekomen beroepschrift, is appellant van deze beschikking in beroep gekomen.

1.4. De Inspecteur heeft een vertoogschrift ingediend.

1.5. Ter zitting van 18 november 1998 zijn verschenen de gemachtigde en de Inspecteur.

2. De ontvankelijkheid van het beroep.

Appellant kan in zijn beroep worden ontvangen, nu het beroepschrift binnen de daarvoor geldende termijn is ingediend.

3. De tussen partijen vaststaande feiten

Op grond van de stukken van het geding en het ter zitting verhandelde is, als tussen partijen niet in geschil dan wel door één van hen gesteld en door de wederpartij niet of niet voldoende weersproken, het volgende komen vast te staan.

3.1. Appellant, als registeraccountant verbonden aan een accountantsmaatschap, heeft twee studerende kinderen. Een kind studeert in Nederland, het andere in de U.S.A.

3.2. Appellant heeft onder de buitengewone lasten een post opgevoerd terzake van zijn in het buitenland studerende kinderen groot Naf. 50.894,30, waarvan Naf. 6.456 voor het in Nederland studerende kind en Naf. 44.438,30 voor het kind dat in de U.S.A. studeert.

3.3. In het onderhavige jaar heeft appellant bij zijn woning gelegen asfalt laten verwijderen en vervangen door klinkers. Terzake heeft appellant een aftrekpost van Naf. 10.400 opgevoerd in zijn aangifte.

4. Geschil

Tussen partijen is in geschil:

- of de kosten van de klinkerwerken aftrekbare onderhoudskosten zijn, en

- of recht bestaat op aftrek onder de buitengewone lasten wegens studiekosten/ levensonderhoud van de kinderen.

5. De standpunten van partijen

Voor de standpunten van partijen wordt verwezen naar de gedingstukken.

6. Beoordeling van het geschil

6.1. Ter zitting zijn partijen tot overeenstemming gekomen in dier voege dat de helft van de kosten van de klinkerwerkzaamheden ad totaal Naf. 10.400, derhalve Naf. 5.200, als aftrekbare kosten in aftrek zullen komen. De Raad ziet geen reden van het bereikte compromis af te wijken.

6.2. Aftrek onder buitengewone lasten wegens aan een kind verstrekt levensonderhoud kan plaatsvinden, indien overigens aan de voorwaarden is voldaan, mits het kind voor ten minste Naf. 1000 zelf in de kosten van zijn levensonderhoud bijdraagt.

6.3. Appellant staaft zijn aanspraak op aftrek onder de buitengewone lasten voor aan zijn studerende kinderen verstrekt levensonderhoud met een schriftelijke verklaring van zijn in Nederland studerende zoon waarin staat dat deze in 1994 door het verrichten van allerlei werkzaamheden voor meer dan Naf. 1000 heeft bijgedragen in zijn eigen levensonderhoud.

6.4. Ten aanzien van de in de U.S.A. studerende zoon heeft appellant een boekingsstuk betreffende een rekening bij de X-Bank in Nederland ten name van A overgelegd, waaruit blijkt dat Nlf. 4995,02 ten gunste van voornoemde persoon is geboekt.

6.5. De Raad acht de enkele verklaring van appellants zoon in Nederland, zonder nadere bewijzen zoals bankafschriften waarop verdiensten geboekt zijn etc., onvoldoende om aannemelijk te maken dat deze voor tenminste Naf. 1000 in zijn eigen levensonderhoud heeft bijgedragen.

6.6. Het overgelegde boekingsstuk is onvoldoende bewijs om aannemelijk te maken dat de in de U.S.A. studerende zoon voor tenminste Naf. 1000 in zijn eigen levensonderhoud heeft bijgedragen.

6.7. Uit het onder 6.1 overwogene volgt dat de uitspraak van de Inspecteur dient te worden vernietigd en het bij de aanslag vastgestelde zuivere inkomen dient te worden verminderd met Naf. 5.200.

7. De beslissing

De Raad:

- vernietigt de bestreden beschikking;

- vermindert de aanslag tot een naar een zuiver inkomen van Naf. 489.806.

mrs. A.W.M. Bijloos, voorzitter, J.K. Moltmaker en Th. Groeneveld, leden


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature