U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:

Uitspraak



Kantongerecht Leeuwarden

VONNIS

88641 /CV FORM 01-1452

in de zaak van

[eiseres],

wonende te [adres],

eiseres,

procederende in persoon,

tegen

[gedaagde],

wonende te [adres],

gedaagde,

procederende in persoon.

OVERWEGINGEN

Procesverloop

1. Op de bij dagvaardingsformulier vermelde gronden heeft eisende partij, hierna te noemen [eiseres], gevorderd om gedaagde partij, hierna te noemen [gedaagde], te veroordelen tot betaling van ƒ 1106,95. [eiseres] heeft hierbij 8 producties overgelegd.

[gedaagde] heeft bij antwoord, onder overlegging van 1 productie, de vordering betwist.

Na repliek (met 6 producties) en dupliek is vonnis bepaald op de stukken, waarvan de inhoud als hier ingelast geldt.

De feiten

2. Als gesteld en erkend, dan wel als niet of onvoldoende weersproken, alsmede op grond van de in zoverre onbetwiste inhoud der overgelegde producties staat het volgende vast.

Op 10 september 2000 is [eiseres] door [gedaagde] na een woordenwisseling op straat mishandeld. [gedaagde] heeft [eiseres] eerst in het gezicht gekrabd en op de grond geduwd. Hierna ontstond tussen hen een worsteling. Omstanders hebben partijen uit elkaar gehaald. [eiseres] heeft ten gevolge van de mishandeling wonden aan haar gezicht en arm opgelopen, terwijl ook haar linkerknie pijn deed. Op de linkerarm van [eiseres] bevinden zich na de mishandeling een aantal donker gekleurde plekken, terwijl [eiseres] bovendien blijvend zichtbare littekens op haar neus en voorhoofd heeft opgelopen. De verwondingen aan de linkerarm hebben [eiseres] gedurende een aantal weken pijn bezorgd.

Daarnaast had [eiseres] af en toe last van een stekende pijn van binnenuit de knie.

Voorafgaand aan de mishandeling had [eiseres] reeds last van bekkeninstabiliteit. De hiermee gepaard gaande klachten zijn na de mishandeling verergerd.

Voorts zijn bij de mishandeling de bril en de blouse van [eiseres] beschadigd geraakt, ten gevolge waarvan [eiseres] deze artikelen opnieuw heeft moeten aanschaffen.

[eiseres] heeft op 11 september 2000 bij de politie aangifte gedaan terzake van mishandeling en bedreiging door [gedaagde]. De politierechter te Leeuwarden heeft [gedaagde] bij vonnis van 15 december 2000 wegens mishandeling en bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht veroordeeld tot een geldboete van ƒ 900,00 subsidiair 18 dagen hechtenis waarvan ƒ 400,00 subsidiair 8 dagen hechtenis voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. Daarnaast is de vordering van [eiseres] als benadeelde partij toegewezen tot een bedrag van ƒ 106,00. Voor het overige is [eiseres] niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, die ƒ 600,00 bedroeg. Dit gedeelte van de vordering kan bij de burgerlijke rechter worden aangebracht. Het bedrag van ƒ 106,00 is inmiddels aan [eiseres] betaald.

Het standpunt van [eiseres]

3. [eiseres] baseert haar vordering op voormelde feiten en stelt dat zij ten gevolge van de mishandeling zowel materiële als immateriële schade heeft opgelopen.

De materiële schade bestaat uit:

- reiskosten [woonplaats]-Burgum v.v. voor het doen van aangifte, ad ƒ 7,00

- reiskosten [woonplaats]-Burgum v.v. voor het aanschaffen van een bril, ad ƒ 7,00

- reiskosten [woonplaats]-Kollumerzwaag v.v. voor huisartsbezoek, ad ƒ 6,00

- aanschafkosten van een nieuwe bril, omdat de oude bril vernield is bij de mishandeling, ad ƒ 267,00

- aanschafkosten van een nieuwe blouse, omdat de blouse van [eiseres] bij de mishandeling vernield/beschadigd is, ad ƒ 69,95

De totale materiële schade komt hiermee op een bedrag van ƒ 356,95.

In verband met de hierboven reeds opgesomde lichamelijke gevolgen van de mishandeling, de psychische gevolgen van de mishandeling en de ontregeling van haar leven vordert [eiseres] vergoeding van de door haar geleden immateriële schade, ten bedrage van ƒ 750,00.

Het standpunt van [gedaagde]

4. [gedaagde] heeft de vordering van [eiseres] betwist, daartoe stellende dat in deze zaak al een vonnis is gewezen door de politierechter, die [gedaagde] onder meer veroordeeld heeft tot betaling aan [eiseres] van een bedrag van ƒ 106,00. Voor het overige is [eiseres] in haar vordering niet-ontvankelijk verklaard. [eiseres] kan daarom volgens [gedaagde] niet nog eens schadevergoeding vorderen. [gedaagde] stelt voorts dat [eiseres] haar financieel kapot wenst te maken en dat zij daarom deze kwestie opklopt. De schadeposten vloeien naar de mening van [gedaagde] niet rechtstreeks voort uit het bewezen verklaarde strafbare feit. Daarnaast beschikt [gedaagde] naar eigen zeggen niet over de financiële middelen om de gevorderde schadevergoeding te betalen. De lichamelijke gevolgen van de mishandeling vallen volgens [gedaagde] wel mee.

De beoordeling van het geschil

5. De omstandigheid dat [eiseres] als benadeelde partij in het strafproces voor een gedeelte van haar vordering niet-ontvankelijk is verklaard, betekent niet dat [eiseres] dit gedeelte van de vordering niet bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen. In het strafvonnis wordt dienaangaande ook uitdrukkelijk overwogen dat [eiseres] voor het niet-ontvankelijk verklaarde gedeelte van haar vordering bij de burgerlijke rechter terecht kan. Dit zou slechts anders zijn indien de politierechter bij zijn vonnis dit gedeelte van de vordering zou hebben afgewezen. De kantonrechter acht zich mitsdien bevoegd om van de onderhavige vordering kennis te nemen.

6. [eiseres] heeft niet duidelijk aangegeven op welke rechtsgrond zij haar vordering baseert. De kantonrechter begrijpt de vordering van [eiseres] echter aldus dat zij deze baseert op een door [gedaagde] jegens haar begane onrechtmatige daad.

Nu [gedaagde] door de politierechter te Leeuwarden is veroordeeld wegens mishandeling staat vast dat zij jegens [eiseres] een onrechtmatige daad heeft begaan, welke aan haar kan worden toegerekend. [gedaagde] is daarom gehouden de schade die [eiseres] ten gevolge van deze onrechtmatige daad lijdt te vergoeden.

7. [eiseres] heeft in de eerste plaats vergoeding gevorderd van de door haar geleden materiële schade, bestaande uit diverse reiskosten en de kosten van het aanschaffen van een nieuwe bril en een nieuwe blouse. Op grond van de stukken staat vast dat [eiseres] naar aanleiding van de mishandeling aangifte heeft gedaan bij de politie en zich onder behandeling heeft moeten stellen van de huisarts. De daarmee gepaard gaande reiskosten, die voldoende zijn gespecificeerd, kunnen naar het oordeel van de kantonrechter als door de onrechtmatige daad veroorzaakte schade worden gezien en komen derhalve voor toewijzing in aanmerking.

[gedaagde] heeft voorts niet weersproken dat zij bij de door haar gepleegde mishandeling de bril en blouse van [eiseres] beschadigd dan wel vernield heeft. [gedaagde] is dan ook gehouden om de hierdoor veroorzaakte schade aan [eiseres] te vergoeden. De geleden schade is door [eiseres] voldoende gespecificeerd middels het overleggen van de aankoopbonnen van de nieuwe bril en blouse. Dit gedeelte van de vordering zal daarom eveneens worden toegewezen.

8. In de tweede plaats vordert [eiseres] vergoeding van de door haar als gevolg van de mishandeling geleden immateriële schade.

[eiseres] heeft onweersproken gesteld dat zij als gevolg van de mishandeling blijvend zichtbare littekens op haar neus en voorhoofd heeft opgelopen, dat er door de mishandeling donker gekleurde plekken op haar linkerarm zijn ontstaan, dat haar reeds bestaande bekkeninstabiliteitsklachten door de mishandeling zijn verergerd en dat zij na de mishandeling nog enige tijd diverse pijnklachten had.

Gelet op de hiervoor genoemde lichamelijke gevolgen van de mishandeling acht de kantonrechter het billijk dat aan [eiseres] een vergoeding terzake van de door haar geleden immateriële schade toekomt. Hierbij is mede van belang dat [gedaagde] zich zeer verwijtbaar heeft gedragen door zonder enige aanleiding [eiseres] aan te vallen en vervolgens te mishandelen. Het door [eiseres] gevorderde bedrag aan immateriële schadevergoeding ad ƒ 750,00 acht de kantonrechter, mede gelet op uitspraken in min of meer vergelijkbare zaken, in overeenstemming met de omstandigheden van het geval en zal daarom worden toegewezen.

Het door [gedaagde] gedane beroep op haar geringe financiële draagkracht is naar het oordeel van de kantonrechter, gelet op de lichamelijke gevolgen van de mishandeling voor [eiseres], van onvoldoende gewicht om aan de toewijzing van het door [eiseres] gevorderde bedrag in de weg te staan.

9. [gedaagde] zal als de in het ongelijk te stellen partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure.

BESLISSING

De kantonrechter:

veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan [eiseres] van een bedrag groot ƒ 1106,95 (zegge: eenduizend honderdzes gulden en vijfennegentig cent);

veroordeelt [gedaagde] in de kosten van deze procedure, tot op heden aan de zijde van [eiseres] begroot op ƒ 240,00 wegens verschotten, waarvan te voldoen door overschrijving op bankrekeningnummer 19.23.25.841 ten name van de gerechten in het arrondissement Leeuwarden een bedrag van ƒ 180,00 wegens door de griffier in debet gestelde griffierechten.

Aldus gewezen door mr. T.K. Hoogslag, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 28 augustus 2001 in tegenwoordigheid van de griffier.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature