1. Indien de strafrechter een last geeft ex art. 37.1 Sr tot plaatsing in een psychiatrisch ziekenhuis ingeval ten aanzien van de verdachte reeds een plaatsing ingevolge de Wet BOPZ van kracht is, eindigt laatstgenoemde plaatsing door het onherroepelijk worden van de last van de strafrechter zodat aan de strafrechtelijke last dan voorrang toekomt. 2. Schadevergoedingsmaatregel ex art. 36f Sr niet mogelijk bij ontslag van alle rechtsvervolging en plaatsing in psychiatrisch ziekenhuis. Daaraan kan niet afdoen dat een civiele vordering ex art. 361.2 Sv kan worden toegewezen indien de verdachte is ontslagen van alle rechtsvervolging maar hem een maatregel is opgelegd.