Belanghebbende woont in Duitsland. Ingevolge Verordening (EEG) nr. 1408/71 en de nationale sociale verzekeringswetgevingen van Nederland en Duitsland is hij voor de sociale verzekeringen verzekerd in Duitsland. Op grond van artikel 28 van de Verordening heeft hij recht op wettelijke zorg in Duitsland. De kosten van deze zorg komen ten laste van Nederland. Op grond van artikel 33 van de Verordening mag het orgaan van een lidstaat dat aan iemand een pensioen betaalt, een bijdrage inhouden op het pensioen van een pensioengerechtigde ter dekking van de kosten van de zorg. In Nederland is dit neergelegd in artikel 69 van de Zorgverzekeringswet .
Belanghebbende wenst het deel van de bijdrage dat overeenkomt met de bijdrage ingevolge de AWBZ als voorheffing te verrekenen met de verschuldigde belasting.
Het Hof is van oordeel dat deze bijdrage niet is aan te merken als premie voor de volksverzekeringen en derhalve niet als voorheffing verrekend kan worden met de inkomstenbelasting.