Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:

Inhoudsindicatie:

De verdachte heeft zich meermalen schuldig gemaakt aan het medeplegen van witwassen door gedurende enkele maanden diverse auto’s voor aanzienlijke (contante) geldbedragen te kopen en na korte tijd weer te verkopen. Daarnaast heeft de verdachte zich op bewezenverklaarde wijze schuldig gemaakt aan het ontrekken van goederen aan wettelijk daarop gelegd beslag, eenvoudige bankbreuk en valsheid in geschrift. Ook heeft de verdachte zijn administratie niet getoond, waardoor hij het werk van de curator heeft bemoeilijkt. Tenslotte heeft de verdachte de handtekening van zijn partner vervalst opdat buiten haar medeweten en medewerking een auto op haar naam kon worden gezet.

Het Hof veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) maanden.

Uitspraak



Rolnummer: 22-005230-10

Parketnummer: 09-997173-08

Datum uitspraak: 9 februari 2012

TEGENSPRAAK

Gerechtshof te 's-Gravenhage

meervoudige kamer voor strafzaken

Arrest

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank 's-Gravenhage van 5 oktober 2010 in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] op [geboortejaar] 1986,

[adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van dit hof van 26 januari 2012.

Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.

Procesgang

In eerste aanleg is de verdachte van het onder 3 primair ten laste gelegde vrijgesproken en ter zake van het onder 1, 2, 3 subsidiair en 4 ten laste gelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden, met aftrek van voorarrest, waarvan 5 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren.

De verdachte heeft tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:

1.

hij in of omstreeks de periode van 31 januari 2007 tot en met 31 juli 2007 te 's-Gravenhage, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal,(een) voorwerp(en), te weten een auto ( Volkswagen Touareg, kenteken [kentekennr.1]) en/of een auto (Hummer, H2, kenteken [kentekennr.2]) en/of een auto ( Mercedes Benz , CLS, kenteken [kentekennr.3])

en/of

een of meer (gira(a)l(e) en/of charta(a)l(e)) geldbedrag(en), te weten (januari/februari 2007) (totaal) euro 37.500 (betreft aankoop Volkswagen Touareg ([kentekennr.1])

en/of

(14 maart 2007) euro 46.250 (betreft aankoop Volkswagen Touareg ([kentekennr.1]))

en/of

(15 maart 2007, althans 2 april 2007) euro 20.000 of daaromtrent (betreft aankoop Hummer H2 ([kentekennr.2]))

en/of

(25 mei 2007, in elk geval in mei 2007) euro 40.000 (betreft aankoop Hummer H2 ([kentekennr.2]))

en/of

(16 maart 2007) euro 70.000 (betreft aankoop Mercedes ([kentekennr.3])), in elk geval een of meer geldbedrag(en) heeft verworven en/of voorhanden gehad en/of overgedragen en/of

(die) geldbedrag(en) (euro 37.500 en/of euro 46.250 en/of euro 40.000 en/of euro 70.000)

heeft omgezet in (die) auto('s) ((Volkswagen Touareg, kenteken [kentekennr.1]) en/of (Hummer, H2, kenteken [kentekennr.2]) en/of (Mercedes Benz, CLS, kenteken [kentekennr.3])), en/althans van (een) voorwerp(en),

te weten een auto, Volkswagen Touareg (kenteken kentekennr.1]) en/of een auto, Hummer, H2 (kenteken [kentekennr.2]) en/of

een auto, Mercedes Benz, CLS (kenteken [kentekennr.3]),

heeft gebruik gemaakt, terwijl hij en/of zijn mededader(s) wist(en), en/althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden, dat bovenomschreven voorwerp(en) / geldbedrag(en) - onmiddellijk of middellijk -

afkomstig was/waren uit enig(e) misdrijf/misdrijven;

2.

hij op of omstreeks 18 maart 2008, in elk geval op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 6 februari 2008 tot en met 19 maart 2008, te 's-Gravenhage (telkens) opzettelijk goederen (opgenomen in Bijlage Nr. D-34 20 van 24),

te weten een bankstel en/of een salontafel en/of een tv meubel en/of een dressoir en/of

een HDTV LCD en/of een playstation 3 en/of een XBOX en/of een WE spelcomputer en/of een DVD speler en/of een tuner versterker en/of een vitrinekast en/of een eettafel en/of een beeld (panter) en/of een computer en/of flatscreen en/of

4, in elk geval een of meer, laptop('s) en/of

4, in elk geval een of meer, luidspreker(s) en/of

een subwoofer en/of een center speaker bijlage D-34 (20 van 24), waarop door de Belastingdienst Haaglanden (kantoor Den Haag), op grond van het/de artikel(en) 12 en/of 14 van de Invorderingswet 1990 en/of 439 ev van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, in elk geval krachtens de wet, beslag was gelegd, aan dat beslag heeft onttrokken;

3.

hij al dan niet handelend onder de handelsnaam (eenmanszaak) NCC Schildersbedrijf) op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 18 oktober 2006 tot en met 27 november 2009, te 's-Gravenhage, in elk geval in Nederland, terwijl hij, verdachte, (handelend onder de naam NCC Schildersbedrijf) bij vonnis van de Rechtbank 's-Gravenhage d.d. 1 juli 2008 in staat van faillissement is verklaard, (telkens) tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, (telkens) ter bedrieglijke verkorting van de rechten der schuldeisers van hem, verdachte, niet heeft voldaan aan de op hem, verdachte, rustende verplichting ten opzichte van het voeren van een administratie ingevolge artikel 15i, eerste lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek en /of het bewaren en te voorschijn brengen van boeken, bescheiden en andere gegevensdragers in dat/die artikel bedoeld, immers was niet een zodanige administratie zodanig gevoerd dat te allen tijde de rechten en verplichtingen van hem, verdachte, (en/of van de eenmanszaak NCC Schildersbedrijf) konden worden gekend,

en/althans was/werd administratie niet, in elk geval niet volledig, bewaard/of (desgevraagd) uitgeleverd aan de curator in zijn, verdachtes, faillissement';

Subsidiair, indien het vorenstaande niet tot een bewezenverklaring en/of een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:

hij(al dan niet handelend onder de handelsnaam (eenmanszaak) NCC Schildersbedrijf) op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 juli 2008 tot en met 27 november 2009, te 's-Gravenhage, in elk geval in Nederland, terwijl hij, verdachte, (handelend onder de naam NCC Schildersbedrijf) bij vonnis van de Rechtbank 's-Gravenhage d.d. 1 juli 2008 in staat van faillissement is verklaard, de boeken en/of bescheiden en/of andere gegevensdragers waarmee verdachte ingevolge artikel 15i, eerste lid, van Boek 3 van het Burgelijk Wetboek een administratie heeft gevoerd en /of de boeken en/of bescheiden en/of andere gegevensdragers die verdachte ingevolge dat artikel bewaard heeft, niet in ongeschonden staat te voorschijn heeft gebracht;

4.

hij op of omstreeks 6 juni 2009 te 's-Gravenhage, in elk geval in Nederland, een zogenaamde "Wilsverklaring"

betreffende het voertuig kenteken [kentekennr.4] (bijlage nr. D-36), zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt of vervalst, immers heeft hij, verdachte, toen en daar (telkens) valselijk -zakelijk weergegeven- op die "wilsverklaring" een valse handtekening geplaatst, in elk een hand- en/of ondertekening welke moest doorgaan voor de hand- en/of ondertekening van [benadeelde partij], en/of waarmede -in strijd met de waarheid- werd aangegeven dat die [benadeelde partij] door middel van het plaatsen van haar handtekening akkoord gaat met het op haar naam stellen van het voertuig kenteken [kentekennr.4], zulks met het oogmerk om dat geschrift als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken.

Het vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.

Vrijspraak

Het hof is - met de advocaat-generaal van oordeel - dat niet wettig en overtuigend is bewezen hetgeen aan de verdachte onder 3 primair is ten laste gelegd, zodat de verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2, 3 subsidiair en 4 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:

1.

hij in de periode van 31 januari 2007 tot en met 31 juli 2007 te 's-Gravenhage, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, meermalen, voorwerpen,

te weten

een auto (Volkswagen Touareg, kenteken [kentekennr.1]) en

een auto (Hummer, H2, kenteken [kentekennr.2]) en

een auto (Mercedes Benz, CLS, kenteken [kentekennr.3])

en girale en chartale) geldbedragen,

te weten

(januari/februari 2007) (totaal) euro 37.500 (betreft aankoop Volkswagen Touareg ([kentekennr.1]))

en

(14 maart 2007) euro 46.250 (betreft aankoop Volkswagen Touareg ([kentekennr.1]))

en

(15 maart 2007) euro 20.000 of daaromtrent (betreft aankoop Hummer H2 ([kentekennr.2]))

en

(25 mei 2007 euro 40.000 (betreft aankoop Hummer H2 ([kentekennr.2]

en

(16 maart 2007) euro 70.000 (betreft aankoop Mercedes ([kentekennr.3])), heeft verworven en voorhanden gehad en overgedragen en die geldbedragen (euro 37.500 en euro 46.250 en euro 40.000 en euro 70.000) heeft omgezet in die auto's ((Volkswagen Touareg, kenteken [kentekennr.1]) en (Hummer, H2, kenteken [kentekennr.2]) en (Mercedes Benz, CLS, kenteken [kentekennr.3])), en

van voorwerpen, te weten

een auto, Volkswagen Touareg (kenteken [kentekennr.1]) en een auto, Hummer, H2 (kenteken [kentekennr.2]) en

een auto, Mercedes Benz, CLS (kenteken [kentekennr.3]),

gebruik heeft gemaakt, terwijl hij en zijn mededaders wisten dat bovenomschreven voorwerpen / geldbedragen

- onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf;

2.

hij in de periode van 6 februari 2008 tot en met 19 maart 2008 te 's-Gravenhage opzettelijk goederen,

te weten een bankstel en een salontafel en een tv meubel en een dressoir eneen HDTV LCD en een playstation 3 en een XBOX en een ii spelcomputer en een DVD speler en een tuner versterker en een vitrinekast en een eettafel en een beeld (panter) en een computer en flatscreen en laptop en 4 luidsprekers en een subwoofer en een center speaker, waarop door de Belastingdienst Haaglanden (kantoor Den Haag), op grond van de artikelen 12 en 14 van de Invorderingswet 1990 en 439 ev van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, in elk geval krachtens de wet, beslag was gelegd, aan dat beslag heeft onttrokken;

3.

hij (al dan niet handelend onder de handelsnaam (eenmanszaak) NCC Schildersbedrijf)in of de periode van

1 juli 2008 tot en met 27 november 2009, te 's-Gravenhage terwijl hij, verdachte, (handelend onder de naam NCC Schildersbedrijf) bij vonnis van de Rechtbank 's-Gravenhage d.d. 1 juli 2008 in staat van faillissement is verklaard, de boeken en/of bescheiden en/of andere gegevensdragers waarmee verdachte ingevolge artikel 15i, eerste lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek een administratie heeft gevoerd en de boeken en bescheiden en andere gegevensdragers die verdachte ingevolge dat artikel bewaard heeft, niet in ongeschonden staat te voorschijn heeft gebracht;

4.

hij op 6 juni 2009 in Nederland een zogenaamde "Wilsverklaring" betreffende het voertuig kenteken [kentenekennr.4],zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt, immers heeft hij, verdachte, toen en daar valselijk -zakelijk weergegeven- op die "wilsverklaring" een valse handtekening geplaatst, welke moest doorgaan voor de handtekening van [benadeelde partij], en waarmede -in strijd met de waarheid- werd aangegeven dat die [benadeelde partij] door middel van het plaatsen van haar handtekening akkoord gaat met het op haar naam stellen van het voertuig kenteken [kentekennr.4], zulks met het oogmerk om dat geschrift als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken.

Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.

Bewijsvoering

Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.

In die gevallen waarin de wet aanvulling van het arrest vereist met de bewijsmiddelen dan wel, voor zover artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering wordt toegepast, met een opgave daarvan, zal zulks plaatsvinden in een aanvulling die als bijlage aan dit arrest zal worden gehecht.

Nadere bewijsoverweging

De raadsman van de verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep aangevoerd dat de verdachte dient te worden vrijgesproken van hetgeen hem onder 2 is ten laste gelegd, nu - kort gezegd - de verdachte niet wist dat er beslag lag op de in de tenlastelegging opgesomde goederen.

Het hof overweegt, in lijn met de rechtbank, als volgt.

De verdachte heeft bij de FIOD aangegeven dat hij op de hoogte was van het beslag. Hij heeft hierover als volgt verklaard (V01-04 p. 4 en 5): "Ik herinner me dat hij [deurwaarder] langs is geweest. Ik heb hem gewoon te woord gestaan. Dat ging over dat hij beslag kwam leggen. Ik weet niet meer precies waarover het ging. Het was een belastingdeurwaarder dus het zal om belasting zijn gegaan. Ik wist dat de belastingdeurwaarder zou komen voor beslagleggen. Dat wist ik omdat ik hem zelf aan de telefoon heb gehad. Hij is in huis geweest en hij heeft een aantal dingen opgeschreven, beneden in mijn woonkamer. Daar stonden spullen van mij. Die man heeft het opgeschreven en wat de waarde van de spullen waren."

In het dossier bevindt zich bovendien een exploot van de belastingsdienst (proces-verbaal van executoriaal beslag roerende zaken (geen registergoederen)) waarin staat vermeld dat een belastingdeurwaarder op 6 februari 2008 ter inbeslagneming in de toenmalige woning van verdachte, [adres], de goederen zoals vermeld in de bijlage bij dit proces-verbaal, in beslag heeft genomen. De belastingdeurwaarder heeft in dit exploot aangegeven dat een afschrift van dit exploot aan de verdachte op dit adres persoonlijk is overhandigd.

Gelet op het vooroverwogene was de verdachte naar 's hofs oordeel er wel degelijk van op de hoogte dat er beslag was gelegd op de bedoelde goederen. Het hof verwerpt het verweer.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het onder 1 bewezen verklaarde levert op:

Medeplegen van witwassen, meermalen gepleegd.

Het onder 2 bewezen verklaarde levert op:

Opzettelijk enig goed aan het krachtens de wet daarop gelegd beslag onttrekken.

Het onder 3 subsidiair bewezen verklaarde levert op:

Eenvoudige bankbreuk.

Het onder 4 bewezen verklaarde levert op:

Valsheid in geschrift.

Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

Vordering van de advocaat-generaal

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, dat de verdachte ter zake van het onder 3 primair ten laste gelegde zal worden vrijgesproken en dat de verdachte ter zake van het onder 1, 2, 3 subsidiair en 4 ten laste gelegde zal worden veroordeeld tot een taakstraf in de vorm van een werkstraf voor de duur van 240 uren, subsidiair 120 dagen hechtenis, met aftrek van voorarrest.

Strafmotivering

Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en op grond van de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan is gebleken uit het onderzoek ter terechtzitting.

Daarbij heeft het hof - in lijn met de rechtbank - in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.

De verdachte heeft zich meermalen schuldig gemaakt aan het medeplegen van witwassen door gedurende enkele maanden diverse auto's voor aanzienlijke (contante) geldbedragen te kopen en na korte tijd weer te verkopen. Hij heeft hierbij ook zijn toenmalige vriendin betrokken door de geldstromen via haar bankrekeningen te laten lopen. De verdachte heeft verklaard dat dit geld onder meer met drugshandel was verdiend. Aldus heeft hij uit misdrijf verkregen vermogen door witwashandelingen ontdaan van zijn misdadige herkomst. Deze handelingen vormen een bedreiging van de legale economie en tasten de integriteit van het financiële en economische verkeer aan. De verdachte heeft hieraan door zijn handelen een bijdrage geleverd.

Daarnaast heeft de verdachte zich op bewezenverklaarde wijze schuldig gemaakt aan het ontrekken van goederen aan wettelijk daarop gelegd beslag, eenvoudige bankbreuk en valsheid in geschrift. De verdachte heeft zich, welbewust, niets aangetrokken van het beslag dat op zijn boedel was gelegd door die goederen aan het beslag te onttrekken. Daarmee heeft de verdachte het de belastingdeurwaarder feitelijk onmogelijk gemaakt de beslagen goederen, ter delging van zijn schuld aan de belastingdienst, te executeren. Daarnaast heeft de verdachte zijn administratie niet getoond, waardoor hij het werk van de curator heeft bemoeilijkt. Tenslotte heeft de verdachte de handtekening van zijn partner vervalst opdat buiten haar medeweten en medewerking een auto op haar naam kon worden gezet.

De verdediging heeft gewezen op de omstandigheid dat de verdachte heeft verklaard onder druk te zijn gezet door een criminele organisatie om handelingen te verrichten die hebben geleid tot het plegen van de strafbare feiten waarvoor hij thans terecht moet staan. Het hof overweegt met de rechtbank dat het verhaal dat verdachte onder druk werd gezet louter en alleen door de verdachte naar voren is gebracht, maar op geen enkele wijze wordt ondersteund. Nu de verdachte, evenals in eerste aanleg, heeft geweigerd om openheid van zaken te geven omtrent deze organisatie en haar leden - en het dus niet verifieerbaar is of deze organisatie bestaat, en er daadwerkelijk druk op de verdachte is uitgeoefend door deze organisatie - ziet het hof geen reden om deze mogelijk ervaren druk als strafverminderingsgrond mee te laten wegen bij het bepalen van de aan de verdachte uiteindelijk op te leggen straf.

Het hof heeft in het nadeel van de verdachte acht geslagen op een de verdachte betreffend uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 10 januari 2012, waaruit blijkt dat de verdachte eerder onherroepelijk is veroordeeld voor het plegen van strafbare feiten. Dat heeft hem er kennelijk niet van weerhouden de onderhavige feiten te plegen.

Voorts neemt het hof het bepaalde in artikel 63 van het Wetboek van Strafvordering in aanmerking.

Daarnaast heeft het hof bij de bepaling van de op te leggen straf geconstateerd dat in de onderhavige strafzaak op 15 oktober 2010 hoger beroep is ingesteld. De stukken van het geding zijn eerst op 9 augustus 2011 - zijnde meer dan acht maanden na het instellen van hoger beroep - ter griffie van het hof binnengekomen. Het ontstane tijdsverloop wettigt de conclusie dat de behandeling van de zaak niet heeft plaatsgevonden binnen een redelijke termijn in de zin van artikel 6, eerste lid, van het Europees verdrag van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. Gelet op de voortvarende behandeling in hoger beroep, kan, de totale procesduur overziend, naar het oordeel van het hof met de enkele constatering van deze schending worden volstaan.

Bij de keuze van de straf(modaliteit) overweegt het hof dat, gelet op de aard en ernst van de bewezenverklaarde feiten, niet kan worden volstaan met het opleggen van een werkstraf, zoals de advocaat-generaal heeft gevorderd, maar dat een deels voorwaardelijke gevangenisstraf passend en geboden voorkomt. Bij de bepaling van de duur van die gevangenisstraf weegt het hof verdachtes eigen verklaring daaromtrent, afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep van 26 januari 2011, mee. De verdachte heeft bij die gelegenheid desgevraagd te kennen gegeven dat een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, mits niet langer dan twee maanden, niet onoverkomelijk is voor het voortbestaan van zijn (nieuwe) eigen bedrijf.

Het hof is - alles overwegende - van oordeel dat een deels voorwaardelijke gevangenisstraf van na te melden duur een passende en geboden reactie vormt.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

Het hof heeft gelet op de artikelen 14a, 14 b, 14c, 47, 57, 63, 198, 225, 340 en 420bis van het Wetboek van Strafrecht, zoals zij golden ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

Het hof:

Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:

Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 3 primair ten laste gelegde heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij.

Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1, 2, 3 subsidiair en 4 ten laste gelegde heeft begaan.

Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.

Verklaart het onder 1, 2, 3 subsidiair en 4 bewezen verklaarde strafbaar en verklaart de verdachte strafbaar.

Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) maanden.

Bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot 4 (vier) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van 2 (twee) jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.

Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.

Dit arrest is gewezen door mr. T.E. van der Spoel,

mr. W.J. van Boven en mr. P.J. Wurzer, in bijzijn van de griffier mr. R.W. van Zanten.

Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 9 februari 2012.

Mr. P.J. Wurzer is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature