De verdachte wordt van meerdere (cybercrime)feiten vrijgesproken,nu onrechtmatig is binnengetreden in zijn woning. In het verslag van binnentreden is vermeld dat de verbalisant zich voorafgaande aan het binnentreden van de woning niet door het tonen van zijn legitimatiebewijs heeft gelegitimeerd. De verdachte heeft na het binnentreden één laptop en vier harde schijven overhandigd. Op de harde schijf van die laptop is door de recherche belastend materiaal aangetroffen, betreffende onder meer door de verdachte gevoerde chatgesprekken over het hacken van websites.Het hof is gelet op het uit de wetsgeschiedenis van de Awbi blijkende belang van de legitimatieverplichting van oordeel dat niet kan worden volstaan met de enkele constatering dat een onherstelbaar vormverzuim is begaan, dan wel met strafvermindering. Het hof gaat daarom over tot uitsluiting van het aangetroffen materiaal van het bewijs.
De verdachte wordt door het hof veroordeeld voor het meermalen inbreken in verschillende (beveiligde) servers. Het hof heeft in aanmerking genomen dat de verdachte jeugdig was toen hij de feiten pleegde en dat hij niet eerder is veroordeeld. Het hof veroordeelt de verdachte tot een voorwaardelijke werkstraf van 90 uren, met een proeftijd van twee jaren.