U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:

Inhoudsindicatie:

Verdachte wordt vrijgesproken ter zake van het niet verstrekken van de benodigde gegevens ten behoeve van de Werkloosheidswet. Niet is gebleken dat het UWV de verdachte op enige wijze adequaat heeft geïnformeerd over de plicht tot het opgeven van (indirecte) uren op de werkbriefjes die verdachte als startend zelfstandige in de tenlastegelegde periode heeft gewerkt.

Uitspraak



Gerechtshof Leeuwarden

Sector strafrecht

Parketnummer: 24-003149-09

Uitspraak d.d.: 30 mei 2011

TEGENSPRAAK

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Groningen van 27 november 2009 in de strafzaak tegen

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] op [1972],

wonende te [woonplaats], [adres].

Het hoger beroep

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van het hof van 18 november 2010 en 16 mei 2011 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.

Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot vrijspraak van verdachte ter zake de tenlastegelegde periode 7 januari 2004 tot en met

30 september 2004 en veroordeling van verdachte ter zake het tenlastegelegde in de periode 1 oktober 2004 tot en met 6 januari 2005 tot een voorwaardelijke werkstraf voor de duur van 25 uren met een proeftijd van twee jaren. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.

Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsman,

mr. L.S. Slinkman, naar voren is gebracht.

Het vonnis waarvan beroep

Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen omdat het tot een andere bewijsbeslissing komt en daarom opnieuw rechtdoen.

De tenlastelegging

Aan verdachte is tenlastegelegd dat:

hij in of omstreeks de periode van 7 januari 2004 t/m 6 januari 2005 in de gemeente [gemeente], in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) in strijd met een hem bij of krachtens wettelijk voorschrift opgelegde verplichting, te weten artikel 25 van de Werkloosheidswet (WW), opzettelijk heeft nagelaten tijdig de benodigde gegevens te verstrekken, zulks terwijl dit feit kon strekken tot bevoordeling van zichzelf of een ander, terwijl verdachte wist, althans redelijkerwijze moest vermoeden dat die gegevens van belang waren voor de vaststelling van verdachtes of eens anders recht op een verstrekking of tegemoetkoming, te weten verdachtes WW-uitkering, dan wel voor de hoogte of de duur van die verstrekking of tegemoetkoming, immers heeft verdachte (telkens) opzettelijk nagelaten om het Uitkeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) tijdig en/of onverwijld uit eigen beweging (volledig) op de hoogte te stellen van alle al dan niet als zelfstandige gewerkte uren.

Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Vrijspraak

Het hof heeft op grond van de inhoud van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting niet de overtuiging verkregen dat verdachte opzettelijk heeft nagelaten de in de tenlastelegging bedoelde gegevens tijdig te verstrekken. Daarbij het hof in aanmerking genomen dat uit het strafdossier niet is gebleken dat het UWV de verdachte op enige wijze adequaat heeft geïnformeerd over de plicht tot het opgeven van (indirecte) uren op de werkbriefjes die verdachte als startend zelfstandige in de tenlastegelegde periode heeft gewerkt.

BESLISSING

Het hof:

Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:

Verklaart niet bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij.

Aldus gewezen door

mr. G.M. Meijer-Campfens, voorzitter,

mr. O. Anjewierden en mr. J.P. van Stempvoort, raadsheren,

in tegenwoordigheid van mr. M.J. Schulte, griffier,

en op 30 mei 2011 ter openbare terechtzitting uitgesproken.

Zijnde mr. van Stempvoort voornoemd buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde wetgeving

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature