E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:GHARL:2017:3609
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 200.168.605/01

Inhoudsindicatie:

Afgifte van geldbedragen door (oorspronkelijk) eiseres aan (oorspronkelijk) gedaagde om die door te geleiden naar een vriend van gedaagde (in het buitenland) om een erfenis van die vriend veilig te kunnen stellen. Het geld zou terugkomen na verkoop uit de erfenis van woning en grond. Geen oplichting, maar eigen keus van (oorspronkelijk) eiseres om de geldbedragen af te geven. Bewijs dat geen doorgeleiding van de geldbedragen heeft plaatsgevonden rust op (oorspronkelijk) eiseres. Aan bewijslevering wordt echter niet toegekomen, omdat (oorspronkelijk) eiseres onvoldoende heeft gesteld omtrent het bestaan van causaal verband tussen het (beweerdelijk) niet doorgeleiden van het geld en het niet terugontvangen daarvan. Derhalve niet voldaan aan de vereisten voor onrechtmatige daad.

Ook geen overeenkomst van geldlening tussen (oorspronkelijk) eisers en (oorspronkelijk) gedaagde.

Afwijzing van de vorderingen van (oorspronkelijk) eiseres jegens (oorspronkelijk) gedaagde tot terugbetaling van de afgegeven geldbedragen.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie