E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:GHARL:2015:6636
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 200.122.740/01

Inhoudsindicatie:

verdeling, schadevordering wegens obstructie van verkoop van woning

behorende bedrijfspand en uitkering van de overwaarde daarvan, schadevordering wegens gebruik van woning die eveneens tot de erfenis behoort en wegens obstructie van de verkoop van die woning.

Geschil tussen erfgenamen (twee broers en een zuster) over de erfenis. De rechtbank heeft de broers, nadat deze een kans op het voeren van verweer voorbij hadden laten gaan, veroordeeld om € 40.000 aan hun zuster te betalen wegens de overwaarde van het bedrijfspand. In hoger beroep blijkt, na verkoop van het bedrijfspand, dat de overwaarde slechts ongeveer € 5.600 bedraagt. Los daarvan bestaat er geen aanleiding om deze overwaarde nu al af te rekenen, vooruitlopend op een algehele verdeling / afrekening tussen partijen.

In reconventie heeft de rechtbank de zuster veroordeeld tot ontruiming van de door haar bewoonde woning, die eveneens in de boedel valt, maar een vordering tot betaling van schadevergoeding wegens waardevermindering van de woning afgewezen. Die vordering wordt ook in hoger beroep afgewezen omdat zij niet voldoende is onderbouwd. Dit geldt ook voor de vordering uit hoofde van belemmering van de verkoop van de woning, nu de broers niet hebben onderbouwd dat zij door de handelwijze van hun zuster schade hebben geleden.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie