Tenuitvoerlegging van strafvonnissen of - arresten kan ingevolge artikel 557 lid 3 Sv door verzet, hoger beroep of cassatie worden geschorst indien ‘de voorzieningenrechter van het gerechtshof of de rechtbank’ zulks bepaalt. Voor de vraag welke voorzieningenrechter bevoegd is, is de herkomst van de te executeren beslissing bepalend.