1) Herziening studiefinanciering. Bezwaar tegen de herziening terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard wegens niet verschoonbare termijnoverschrijding. 2) Boete ten onrechte opgelegd. Bevindingen van onderzoek dat (mede) is verricht door een onbevoegde controleur zijn als bewijs ontoelaatbaar. Aangezien zonder de bevindingen van het onderzoek niet een voldoende feitelijke grondslag bestaat voor het standpunt van de minister dat appellant niet woont op het adres waaronder hij staat ingeschreven in de basisregistratie personen en hem om die reden een boete kan worden opgelegd, berust het bestreden besluit niet op een deugdelijke motivering.