Uitspraak
15/4108 WWB-PV
Datum uitspraak: 4 augustus 2015
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 30 april 2015, 14/7066 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[Appellant] te [woonplaats] (appellant)
het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen (college)
Zitting heeft: W.H. Bel
Griffier: C.M. Fleuren
Ter zitting is namens appellant verschenen mr. E. Kafa, advocaat. Het college is niet verschenen.
BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk.
Deze beslissing is uitgesproken in het openbaar. Zij is gebaseerd op de volgende overwegingen:
Vaststaat dat appellant het griffierecht niet binnen de gestelde termijn heeft voldaan.
De gemachtigde van appellant heeft ter zitting een beroep gedaan op betalingsonmacht van appellant.
Indien een indiener van een (hoger) beroepschrift binnen de gestelde termijn een beroep op betalingsonmacht doet, wordt hem de gelegenheid geboden een aanvraag om bijzondere bijstand voor de kosten van griffierecht in te dienen.
Op 24 juli 2015 heeft de Raad telefonisch contact gehad met een collega van de gemachtigde van appellant en doorgegeven dat het griffierecht uiterlijk voor de zitting van 4 augustus 2015 moet worden betaald. Deze collega heeft geantwoord dat dit aan de gemachtigde zal worden doorgegeven en dat op 27 juli 2015 contact zal worden opgenomen met de Raad, indien er problemen zijn. Dit is niet gebeurd. Onder deze omstandigheden is van een tijdig beroep op betalingsonmacht geen sprake. Dat de gemachtigde pas in een laat stadium van appellant heeft vernomen dat hij het griffierecht niet kan dan wel wil voldoen, maakt dit niet anders.
Het hoger beroep wordt niet-ontvankelijk verklaard.
Voor een veroordeling in de proceskosten bestaat geen aanleiding.
Waarvan proces-verbaal.
De griffier De voorzitter
C.M. Fleuren W.H. Bel
Voor eensluidend afschrift
De griffier van de
Centrale Raad van Beroep
HD