Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Instantie:
Vindplaats:

Inhoudsindicatie:

Vraag of er inbreuk op auteursrecht gemaakt wordt door in een videogame de door eiser ontworpen muurschildering in de Arena op te nemen.

Uitspraak



Rechtbank Arnhem

Sector civiel recht

Zaak-/rolnummer: 117661/HA ZA 04-1657

Datum vonnis: 21 september 2005

Vonnis

in de zaak van

[eiser],

Wonende te Amsterdam,

eiser,

procureur mr. P.A.C. de Vries

advocaat mr. M.J. de Vries te Amsterdam,

tegen

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

CODEMASTERS B.V.,

gevestigd te Apeldoorn en kantoorhoudende te Arnhem,

gedaagde,

procureur mr. F.J. Boom

advocaat mr. S.A. Klos te Amsterdam.

In dit vonnis zullen partijen [eiser] en Codemasters worden genoemd.

1. Het verloop van de procedure

Voor het verloop van de procedure tot het tussenvonnis van 24 november 2004 wordt naar dat vonnis verwezen. Ter uitvoering van dit tussenvonnis is een comparitie van partijen gehouden. Het proces-verbaal daarvan bevindt zich bij de stukken. Verder zijn nog de volgende processtukken gewisseld:

? een conclusie van repliek tevens houdende akte wijziging eis;

? een akte van depot ter zake van 3 computerspellen;

? een conclusie van dupliek.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2. De vaststaande feiten

2.1 [eiser] heeft in 1997 op verzoek van een derde, voetbalclub AFC Ajax N.V,. en met toestemming van voetbalstadion Amsterdam Arena een wandschildering ontworpen en (met medewerking van derden) gemaakt op de betonnen onderzijde van de vaste voetbaltribune van de Ajax supporters aan de korte zijde van het voetbalstadion. De wandschildering bevat de woorden AFC AJAX AMSTERDAM en de weergave van drie Ajax-logo’s in graffiti-stijl. De betonnen onderzijde beslaat een klein deel van het totale oppervlak van het stadion.

2.2 [eiser] heeft de wandschildering met behulp van derden gemaakt die het auteursrecht schriftelijk aan hem hebben overgedragen. [eiser] heeft voor zijn werkzaamheden en materiaal een beloning ontvangen van AFC Ajax N.V. ad NLG 45.986,37.

2.3 Codemasters heeft omstreeks oktober 2003 een videogame ontwikkeld genaamd “Club Football 2005 Ajax”, waarin het Voetbalstadion Amsterdam Arena wordt weergegeven en waarin de speler in staat wordt gesteld een virtuele voetbalwedstrijd te spelen met spelers, scheidsrechters, publiek etc.. Als onderdeel van het stadion is een weergave van de door [eiser] gemaakte wandschildering zichtbaar wanneer de virtuele spelers zich bij de betreffende voetbaltribune begeven.

2.4 [eiser] heeft Codemasters vervolgens aangeschreven in verband met het feit dat hem geen toestemming is gevraagd door Codemasters. Codemasters heeft bij brief van 19 december 2003 , daarvoor haar excuses gemaakt en aangegeven verschillende licentieovereenkomsten te hebben getekend in verband met het gebruik van het interieur en exterieur van de Arena. Codemasters heeft onder meer aangeboden om in ruil voor toestemming [eiser] een prominente verwijzing en credits te geven in de handleiding, game en aftiteling en op de product website. Bovendien heeft Codemasters een aantal gratis exemplaren van de game aangeboden.

3. Het geschil

Het geschil in het kort:

3.1. [eiser] vordert een bevel aan Codemasters zich te onthouden van iedere inbreuk op het auteursrecht van [eiser] op de graffitiwall, opgave van informatie, betaling van schadevergoeding ad 0,15 euro per spel, buitengerechtelijke kosten en proceskosten.

3.2 Codemasters betwist dat de muurschildering een oorspronkelijk karakter heeft en, indien dit wel moet worden aangenomen, dat [eiser] auteursrechthebbende is. Bovendien betwist Codemasters dat sprake is van auteursrechtinbreuk mede gezien het feit dat de woorden en de Ajax logo’s het grootste deel van de afbeelding beslaan en bovendien vanwege de ondergeschikte rol die de betreffende tribune speelt als onderdeel van het gehele stadion. Codemasters doet bovendien een beroep op de artt. 18 en 18a Aw, welke sinds 1 september 2004 in de Auteurswet zijn opgenomen ingevolge ER 2001/29 welke op 22 december 2002 geïmplementeerd hadden dienen te zijn en het aan art. 18 a Aw ten grondslag liggende “de minimis” beginsel. Voorts werpt Codemasters op dat [eiser] zich schuldig maakt aan misbruik van auteursecht. Ten slotte betwist Codemasters de hoogte van de schade van [eiser] en de omstandigheid dat deze Codemasters kan worden verweten.

4. De beoordeling

4.1 Als eerste punt dient te worden onderzocht of de wandschildering van [eiser] is te beschouwen als een auteursrechtelijk beschermd werk. De Rechtbank meent met [eiser] dat er sprake is van een zodanig gebruik van afbeeldingen, ornamenten, positionering, kleurstelling, vormgeving, proportionalisering, compositie en de combinatie daarvan, dat het ondenkbaar is dat twee auteurs los van elkaar tot hetzelfde werk zouden komen. De wandschildering getuigt derhalve van een oorspronkelijk karakter dat het persoonlijk stempel draagt van de maker. Uiteraard geldt dit niet voor de lettercombinatie AFC AJAX AMSTERDAM, de Ajax-logo’s, noch de Graffiti-stijl als zodanig. De intellectuele eigendomsrechten daarop behoren bij derden dan wel in het publieke domein. Niettemin laat het bestaan van deze elementen als onderdeel van de wandschildering, voldoende ruimte voor de eigen inbreng van [eiser].

4.2 Codemasters betwist voorts dat [eiser] als auteursrechthebbende moet worden beschouwd. Dit verweer wordt eveneens verworpen. Uit de factuur d.d. 26 februari 1997 volgt dat [eiser] een binnenmuur heeft beschilderd en gefactureerd aan Ajax. Bovendien heeft [eiser] een tweetal verklaringen overgelegd van de [betrokkenen 1 en 2] waarin zij verklaren dat de schilderwerkzaamheden onder leiding van [eiser] plaatsvonden, [eiser] ontwerper en enige auteursrechthebbende is van de muurschildering. Bij gebreke van gemotiveerde betwisting van deze stellingen gaat de rechtbank ervan uit dat [eiser] de muurschildering heeft bedacht en de twee heren onder zijn leiding en naar zijn ontwerp uitvoering hebben gegeven aan zijn instructies. Ingevolge art 7 Aw dient [eiser] als maker en auteursrechthebbende te worden beschouwd.

4.3 Het volgende verweer van Codemasters, dat de rechtbank dient te bespreken, is de stelling dat Amsterdam Arena ingevolge art. 18 Aw als openbare plaats heeft te gelden en de wandschildering mitsdien vrij is om te verwerken in een ander werk. Ook dit verweer wordt verworpen door de rechtbank. Amsterdam Arena is niet onbeperkt toegankelijk. Normaliter dient een toegangsprijs te worden betaald om het gebouw en terrein te betreden. De eigenaar van Amsterdam Arena is steeds bevoegd mensen de toegang tot Amsterdam Arena te ontzeggen, ook indien daar niet om wordt gevraagd uit hoofde van publiekrechtelijke belangen zoals (brand)veiligheidsbelangen.

4.4 Het laatste verweer dat de rechtbank van belang acht is het verweer dat de wandschildering een te onbelangrijk onderdeel uitmaakt van het werk van Codemasters en daarom niet kan worden beschouwd als inbreuk op het auteursrecht van [eiser]. Dit verweer treft doel. Met Codemasters is de rechtbank van mening dat de wandschildering niet, althans niet substantieel, bijdraagt tot (de exploitatie van) het product van Codemasters. Het gebruiksdoel en de aantrekkingskracht van de videogame van Codemastes liggen in het virtuele voetbalspel van de Ajaxspelers dat gespeeld wordt in het thuisstation van Ajax, Amsterdam Arena. De enkele omstandigheid dat de wandschildering zich in het Arena-stadion bevindt en Codemasters het Amsterdam Arena stadion zo nauwkeurig mogelijk heeft willen weergeven, is onvoldoende om [eiser] een aanspraak te geven op een verbod, nevenvorderingen en schadevergoeding. Om die reden kan evenmin worden gesproken van enige noemenswaardige verrijking van Codemasters ten koste van [eiser] die een beroep op art. 6:212 BW zou rechtvaardigen.

4.5 Codemasters heeft een poging gedaan [eiser] op andere wijze een genoegdoening te verschaffen die hem meer naamsbekendheid als auteur had kunnen opleveren. Deze oplossing heeft [eiser] niet willen aanvaarden, maar naar zwaardere maatregelen gezocht als een verbod met onmiddellijke ingang. Voorkomen moet evenwel worden dat de ontwikkeling van het maatschappelijk verkeer, innovatie en kunst worden afgeremd als gevolg van blokkades uit hoofde van auteursrecht die geen wezenlijke bijdrage leveren aan het gebruiksdoel van het product en waarvoor de auteur reeds met een redelijke tegenprestatie is beloond. Zowel naar oud recht als naar nieuw recht (art. 18a Aw) acht de rechtbank derhalve dat – mede gezien het aanbod van Codemasters - de aanspraken van [eiser] moeten worden afgewezen als zijnde van te minimaal belang en als te disproportioneel ten opzichte van de belangen van Codemasters.

4.6 De overige verweren van Codemasters behoeven derhalve geen bespreking.

4.7 Als in het ongelijk gesteld dient [eiser] in de proceskosten te worden veroordeeld. Deze kosten bedragen € 1.597,00, te specificeren als volgt:

- vast recht € 241,00

- salaris procureur: 3 punten x € 452,00 (tarief II) € 1.356,00

De beslissing

De rechtbank:

wijst de vorderingen af,

veroordeelt [eiser] in de proceskosten van Codemasters; deze kosten

worden, voor zover tot op heden aan de zijde van Codemasters gevallen, bepaald op € 1.597.00.

Dit vonnis is gewezen door mr. T.E. Deurvorst en uitgesproken in het openbaar op 21 september 2005


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature